Gisteren doorbrak de Amerikaanse technologie index NASDAQ voor het eerst de 10.000 punten grens. Het slot was weliswaar iets daaronder, maar er werd toch een all-time high neergezet. Een schriller contrast met de economische groeiverwachtingen voor de wereldeconomie kun je je haast niet voorstellen.
De NASDAQ Composite staat na de stijging van gisteren year-to-date 10,93 procent in de plus. Nu bestaat de NASDAQ Composite uit 2.500 aandelen maar de grote vijf gangmakers, Apple (NASDAQ:AAPL) (+17,74 procent), Microsoft (NASDAQ:MSFT) (+21 procent), Amazon (NASDAQ:AMZN) (+40,75 procent), Alphabet (NASDAQ:GOOG) (+8,4 procent) en Facebook (NASDAQ:FB) (+16,3 procent) zijn intussen samen goed voor bijna 40 procent ervan. Zo bekeken valt de stijging van 10,93 procent haast nog tegen! Niet alleen drukken ze hun stempel op de NASDAQ, ook in de S&P 500 zijn ze al goed voor ongeveer 20 procent van de index. Geen wonder dat de Amerikaanse beurzen het zo goed doen.
Worden de techaandelen nu te hoog gewaardeerd, is er een nieuwe bubbel in de maak? Als je naar de beursgang van Nikola Corp. kijkt, een ontwikkelaar van elektrische vrachtwagens, zou je bijna zeggen van ja. Vorige week werd het via een lege beurshuls genoteerd op de beurs. Intussen is de koers meer dan verdubbeld en bedraagt de marktkapitalisatie 26 miljard dollar terwijl er nog geen pepernoot is verdiend.
Laten we echter niet vergeten dat de NASDAQ uit veel gevestigde namen bestaat en dat de coronacrisis een aantal digitale trends heeft versneld, onder andere die van thuiswerken, online shopping en contactloos betalen. Het zijn trends die niet zomaar te stoppen zijn en de technologie index zullen blijven ondersteunen. Op dit moment staat de NASDAQ op een koerswinstverhouding van 40. De ‘Big Five’ op ongeveer 33. Te hoog? Hmm… Vlak voor het uiteenspatten van de internetzeepbel in 2000 werd er gemiddeld 175 keer de winst betaald terwijl destijds de bedrijven overliepen van de schuld. Heden ten dage klotst bij de grote vijf het geld tegen de klippen op. Tech wordt niet voor niets al het nieuwe defensief genoemd.
Niet alleen in de Verenigde Staten zijn ze goed in technologie, ook in China is het een speerpunt. Niet voor niets strijden die twee om wereldwijde technologische dominantie. Gisteren konden we lezen dat de Chinese e-commerce gigant Alibaba (NYSE:BABA) het komend jaar 5.000 mensen wil aantrekken om daarmee hun technologie-infrastructuur en kunstmatige intelligentie te versterken. Want ook in China zie je een versnelde trend tot thuiswerken en het gebruik van de cloud. Nu klinkt 5.000 mensen misschien nog niet als veel, maar eerder kondigde het bedrijf al aan hiervoor 28 miljard dollar uit te trekken de komende drie jaar.
Het verbleekt wel bij de plannen van Tencent (HK:0700), de grootste positie binnen het in de AEX genoteerde Prosus. Twee weken geleden kondigde Tencent aan de komende vijf jaar bijna 70 miljard dollar te willen spenderen aan investeringen in niet alleen cloud en kunstmatige intelligentie maar ook in cyber security, big data centers, blockchain, 5G netwerken, quantum computing en internet-of-things operating systemen. Het zijn plannen die de toekomstige inkomsten van Tencent moeten diversifiëren. Nu haalt Tencent meer dan de helft van de inkomsten uit online gaming en sociale netwerken. Daarnaast zal Tencent op de thuismarkt een inhaalslag willen maken op Alibaba op het vlak van Cloud computing en de vleugels breder willen uitslaan op snelgroeiende markten als Indonesië en India. Gezien het goede trackrecord van Tencent, dat ook de huidige coronacrisis goed doorgekomen is, hebben wij er bij Fintessa voor onze cliënten het volste vertrouwen in.