Gisteren daalden de bekende indices Dow Jones, S&P 500 en NASDAQ op Wall Street eensgezind met ruwweg 2 procent. Als reden voor de verminderde risicoappetijt wordt de vrees voor een tweede coronagolf genoemd in het geval de lockdown te snel versoepeld wordt. Die vrees werd nog eens aangewakkerd door de Amerikaanse topviroloog Anthony Fauci, die in een hoorzitting voor de Senaat waarschuwde voor een te snelle heropening van het land. Waarschijnlijk zullen we dit excuus voor slechte beursdagen dit jaar nog wel vaker horen zolang er nog geen goed vaccin tegen Covid-19 is. Een beurs in normale tijden gaat al met hobbels gepaard, laat staan beurzen in coronatijd.
In de strijd tegen het coronavirus geeft Gilead overigens aan vijf generieke medicijnfabrikanten de licentie om Remdesivir te produceren en te verkopen. Dit middel zou patiënten kunnen helpen om sneller te genezen. De licenties zijn vrij van royalty’s totdat de WHO de noodtoestand vanwege het virus intrekt.
ABN AMRO (AS:ABNd) stelt teleur
In navolging van Wall Street daalt, zoals gebruikelijk, de AEX ook. Het meest in het oog springt de koersdaling van ABN AMRO. De bank schotelde beleggers dan ook tegenvallende cijfers voor.
In het eerste kwartaal rapporteerde het een verlies van 395 miljoen euro, waar men vorig jaar nog een winst van 478 miljoen euro behaalde. Een groter verlies dan het verwachte 166 miljoen euro. Vanwege het coronavirus moet ABN AMRO extra veel geld opzij zetten voor leningen die mogelijk nooit meer terugbetaald worden. Het staat in schril contrast met fintech-bedrijf Adyen (AS:ADYEN), dat vanochtend vrolijk 2,5 procent stijgt en zelfs even de 1.000 euro grens weet te doorbreken. Adyen is in beurswaarde gemeten nu groter dan ABN AMRO, Aegon (AS:AEGN) en ING (AS:INGA) samen. Maar zoals hier al eerder gememoreerd, de techbedrijven doen het in deze crisis veel beter dan de ‘oude economie’ bedrijven. Kijk dit jaar maar eens naar het verschil in performance tussen de Nasdaq en de Dow Jones.
Luxeproblemen bij Amazon (NASDAQ:AMZN)
De afgelopen maanden kende Amazon een ongekend luxeprobleem. Vanwege de lockdowns en het besmettingsgevaar van het Covid-19 virus explodeerde het aantal bestellingen via hun website. Nu is de onderneming met winkeldagen als Black Friday wel het een en ander gewend, maar daar wordt dan ook maanden van tevoren naar toe gewerkt. Nu echter kwam de vraagpiek uit de lucht vallen. Vanzelfsprekend is die extra omzet natuurlijk heel welkom, maar het kende ook een negatief aspect.
Amazon heeft namelijk een ontzettende goede naam opgebouwd doordat men heel veel keuze biedt, lage prijzen kent én binnen één of twee dagen levert. Deze snelle leveringen staan ook centraal in de klantbelofte aan meer dan 100 miljoen Prime-leden die hiervoor een abonnement hebben afgesloten. Maar door de grote verkooppiek werd het aanbod kleiner, mede omdat Amazon prioriteit gaf aan de verkoop van essentiële producten, én de levertijd sterk vertraagd. Het aantal klachten over Amazon in april verdubbelde dan ook ten opzichte van vorig jaar naar 800.000. Als gevolg hiervan weken veel oude trouwe Prime-leden naar bijvoorbeeld concurrent Wal-Mart waar ze de boodschappen online konden bestellen om het vervolgens bij een fysieke winkel op te halen. Tja, als je echt iets nodig hebt ga je daar niet een week op wachten.
Intussen lijkt Amazon deze uit luxe voortkomende problemen getackeld te hebben. Men heeft niet voor niets de afgelopen periode in de Verenigde Staten 175.000 nieuwe werknemers aangenomen. Het bedrijf zegt langzamerhand naar de beloofde levertijden terug te keren en leveranciers mogen hun voorraden weer ongelimiteerd naar Amazon’s magazijnen toesturen. Daarmee mag je verwachten dat Amazon het vertrouwen zal terugwinnen. Het bedrijf lijkt wat dat betreft super gepositioneerd om van een langer dan verwachte coronatijd te profiteren.