De Amerikaanse regering heeft vandaag aangekondigd dat ze sancties heeft opgelegd aan 35 entiteiten en vaartuigen die betrokken zijn bij het illegale transport van Iraanse petroleum. Deze maatregel is bedoeld om extra kosten op te leggen aan de Iraanse petroleumsector, die een belangrijke inkomstenbron is voor het controversiële nucleaire programma van het land, de ontwikkeling van geavanceerde wapens en de ondersteuning van regionale terroristische groeperingen.
De sancties volgen op een aanval van Iran tegen Israël op 1 oktober 2024 en de daaropvolgende nucleaire escalaties van Iran. Ze bouwen voort op eerdere sancties die op 11 oktober 2024 zijn uitgevaardigd. Waarnemend Onderminister voor Terrorisme en Financiële Inlichtingen Bradley T. Smith verklaarde: "De Verenigde Staten blijven vastbesloten om de schaduwvloot van vaartuigen en operators die deze illegale activiteiten faciliteren te verstoren, gebruikmakend van al onze middelen en bevoegdheden."
De sancties worden ingevoerd onder Executive Order 13902, die de minister van Financiën, in overleg met de minister van Buitenlandse Zaken, de bevoegdheid geeft om belangrijke sectoren van de Iraanse economie aan te pakken. Het Office of Foreign Assets Control (OFAC) heeft ook richtlijnen uitgebracht om de maritieme industrie te helpen bij het identificeren en voorkomen van ontduiking van sancties.
De gesanctioneerde entiteiten omvatten een netwerk van tankers en scheepsmanagementbedrijven in verschillende rechtsgebieden, die bekend staan om het gebruik van misleidende praktijken zoals het manipuleren van scheepsvolgingssystemen, het veranderen van scheepsnamen en het gebruik van valse documentatie. Onder de genoemde vaartuigen zijn de Marshall-eilanden-gevlagde JAYA, de Guyana-gevlagde PHONIX en de Cook-eilanden-gevlagde BERTHA.
Verschillende bedrijven die deze vaartuigen beheren zijn aangewezen onder de executive order, waaronder het in de VAE gevestigde Galileos Marine Services L.L.C, het in Panama gevestigde Ocean Glory Giant OGG SA, het in India gevestigde Vision Ship Management LLP, en anderen. Deze entiteiten worden ervan beschuldigd schepen te beheren die Iraanse olie vervoerden en sancties ontdoken via verschillende methoden.
De sancties resulteren in het blokkeren van alle Amerikaanse activa die deze entiteiten bezitten en verbieden over het algemeen alle transacties waarbij deze entiteiten betrokken zijn door Amerikaanse personen of binnen de Verenigde Staten. De handhaving van deze sancties kan ook leiden tot straffen voor Amerikaanse personen die ze overtreden en voor niet-Amerikaanse personen die proberen Amerikaanse personen aan te zetten tot deelname aan gesanctioneerde activiteiten.
OFAC benadrukt dat het doel van deze sancties niet bestraffend is, maar om een gedragsverandering aan te moedigen. Het agentschap schetst ook het proces voor entiteiten die verwijdering van de sanctielijst zoeken, wat afhankelijk is van een gedragsverandering in lijn met de Amerikaanse wet- en regelgeving.
Dit artikel is vertaald met behulp van kunstmatige intelligentie. Raadpleeg voor meer informatie onze gebruiksvoorwaarden.