De meeste Japanse bedrijven vinden het niet nodig dat Japan tarieven gaat heffen op Chinese importproducten die vergelijkbaar zijn met recente Amerikaanse maatregelen, ondanks de zorgen die de VS en de G7 hebben geuit over het industriebeleid van China. Uit een enquête die werd gehouden van 5 tot 14 juni bleek dat 61% van de deelnemende Japanse bedrijven geen voorstander is van soortgelijke tariefmaatregelen tegen China door hun regering, omdat ze van mening zijn dat de buitensporige productiecapaciteit in de Chinese industriële sector geen significante invloed heeft op hun bedrijven.
De enquête, waaraan 492 bedrijven deelnamen en waarop ongeveer 230 reageerden, werd uitgevoerd door Nikkei Research voor Reuters. Bedrijven reageerden anoniem en gaven zo inzicht in hun mening over internationale handelsspanningen en binnenlands economisch beleid.
De Amerikaanse president Joe Biden verhoogde vorige maand de tarieven op verschillende Chinese goederen, gericht op sectoren zoals elektrische voertuigen, batterijen en halfgeleiders. De Europese Unie heeft ook fikse invoerheffingen op elektrische voertuigen ingevoerd. De G7, waaronder Japan, heeft zijn bezorgdheid geuit over China's niet-marktconforme praktijken, die volgens hen bijdragen aan een wereldwijd overaanbod van goedkope goederen.
Ondanks deze internationale acties is slechts 39% van de ondervraagde Japanse bedrijven van mening dat Japan moet volgen met soortgelijke tarieven. Ongeveer 53% gaf aan dat de productiecapaciteit van China weinig of geen invloed had op hun activiteiten.
Een manager van een chemisch bedrijf toonde zich bezorgd dat vergeldingsmaatregelen de economische omstandigheden zouden kunnen verslechteren. China heeft de Amerikaanse tarieven bekritiseerd, beschuldigd van het ondermijnen van de vrijhandelsprincipes en verklaard dat het standpunt van de G7 een feitelijke basis ontbeert.
In eigen land werd de belofte van de Japanse premier Fumio Kishida om de lonen sneller te laten stijgen dan de inflatie door de ondervraagde bedrijven met scepsis ontvangen. Slechts 7% vond het doel haalbaar, terwijl de helft het onhaalbaar achtte. Veel middelgrote en kleine bedrijven maken zich zorgen over hun overlevingskansen als ze loonstijgingen zouden doorvoeren in lijn met de inflatie.
Als reactie op de inflatiedruk heeft de regering van Kishida belastingverlagingen doorgevoerd, waaronder een verlaging van de jaarlijkse inkomstenbelasting met 30.000 yen en een verlaging van de woonbelasting met 10.000 yen per belastingbetalende burger. 69% van de bedrijven denkt echter dat deze maatregelen een minimaal effect zullen hebben op het stimuleren van de consumentenbestedingen.
De politieke stabiliteit is ook een punt van zorg: 54% van de bedrijven verwacht dat Kishida tegen het einde van het jaar wordt vervangen vanwege een schandaal rond fondsenwerving waarbij de regerende Liberaal Democratische Partij (LDP) betrokken is. Voormalig minister van Defensie Shigeru Ishiba geniet de voorkeur van het Japanse bedrijfsleven als de volgende leider, gevolgd door minister van Economische Veiligheid Sanae Takaichi.
De meerderheid van de ondervraagde bedrijven, ongeveer 80%, geeft er de voorkeur aan dat de huidige coalitieregering van de LDP en Komeito aan de macht blijft, omdat ze vrezen dat een verandering tot economische verwarring zou kunnen leiden en het concurrentievermogen van Japan zou kunnen verzwakken. Slechts een klein deel, 6%, steunt een regering onder leiding van de Grondwettelijke Democratische Partij van Japan, de belangrijkste oppositiepartij.
De wisselkoers op het moment van de enquête was 158,05 yen ten opzichte van de dollar.
Reuters heeft bijgedragen aan dit artikel.Dit artikel is vertaald met behulp van kunstmatige intelligentie. Raadpleeg voor meer informatie onze gebruiksvoorwaarden.