Akkoord in de maak
Dit weekeinde bereikten president Biden en de Republikeinse leider in het Huis van Afgevaardigden Mc Carthy een overeenkomst over het verhogen van het schuldenplafond in de VS. Deze week moet het Congres er nog mee instemmen. Dat is echter nog geen zekerheid. Daarmee is dit lelijke politieke schouwspel helaas nog niet ten einde. De markten gaan er echter van uit dat het uiteindelijk wel goed komt, net als alle vorige keren.
Deadline schuift op
Na enig narekenen schoof minister van financiën Yellen de datum waarop de staat niet langer aan zijn betalingsverplichtingen zou kunnen voldoen op van 1 naar 4 juni. Dat maakt onderdeel uit van het politieke theater. Waarschijnlijk ligt de grens waarop de overheid echt in gebreke zal blijven nog iets verder. Halverwege de maand juni komen de belastinginkomsten van dit kwartaal weer binnen. Daarmee wordt de remweg weer wat langer.
Het komt goed, maar…
Maar goed. Uiteindelijk wordt het plafond wel verhoogd. De politici hebben dan hun 15 minutes of fame weer gehad en de markten kunnen weer opgelucht adem halen. Volgt er dan een opluchtingsrally? Dat zou nog wel eens tegen kunnen vallen. Zodra het plafond weer is verhoogd ontstaan er weer nieuwe problemen. Het plafond werd immers reeds in januari bereikt. Sindsdien teert de Amerikaanse overheid op de zogenaamde Treasury General Account, een rekening die zij aanhoudt bij de Federal Reserve. Op deze rekening stonden voldoende middelen om het tot in juni uit te zingen.
Nieuwe emissies
Wanneer deze rekening bij de Federal Reserve echter leeg is moet de staat weer opnieuw gaan lenen. Dat mag zij nu dus niet, maar zodra het plafond is verhoogd kan dat weer. Volgens zakenbanken als Goldman Sachs en Morgan Stanley zal de overheid zo’n 750 miljard dollar moeten lenen. Een golf van emissies van nieuwe staatsleningen zal de markten overspoelen. In de Financial Times treffend in beeld gebracht als een ware tsunami die de zonnende badgasten wreed van hun vakantierust beroofd.
Zijwaartse beurzen
De beurzen bewogen de afgelopen maanden voornamelijk zijwaarts. Niet vreemd gezien het feit dat een verkrappende centrale bank en een verruimende staat elkaar aardig in evenwicht hielden. Want wanneer de staat niet meer mag lenen en zijn schatkist tot op de bodem leegt om lopende uitgaven te kunnen voldoen stimuleert zij in feite de economie en de beurzen.
Verkrappende overheid
Wanneer het plafond weer is verhoogd komt hier een einde aan. Dan verkrapt niet slechts de centrale bank, maar ook de overheid. Deze laatste onttrekt immers middels zijn vele nieuwe obligatieleningen veel geld aan de markten. Voor al die nieuwe obligaties moet betaald worden. Emissies die de bankreserves verder onder druk zullen zetten en de rente opstuwen. De hoeveelheid liquiditeiten zal afnemen. Het bankwezen komt verder onder druk. En ze hebben het toch al niet zo breed.
Populaire geldmarktfondsen
Dat zou mogelijk iets te veel voor de beurzen kunnen worden. Nu kunnen de populaire geldmarktfondsen waarschijnlijk wel een flink gedeelte van de te verwachten emissies opnemen. Geldmarktfondsen zijn in korte tijd erg geliefd geworden bij Amerikaanse spaarders en beleggers. De rente die erop vergoedt wordt ligt immers hoger dan de inflatie en ze zijn nagenoeg zonder risico. Een rente van ruim 5 procent is in onzekere tijden niet oninteressant.
Lender of the last resort
Maar dan nog kan de te verwachten golf van emissies in de tweede helft van dit jaar voor de nodige onrust op de beurzen zorgen. Op hogere rentes en dalende koersen zitten beleggers nu even niet te wachten. En de banken ook niet. Die staan al onder druk. Het is niet uitgesloten dat de Federal Reserve zijn rol als reddende engel dit najaar weer opnieuw op zich zal moeten gaan nemen. Een renteverlaging ligt moeilijk gezien de nog altijd te hoge inflatie. Maar men kan wel stoppen met het verkopen van eerder opgekochte obligaties. Een einde aan de kwantitatieve verkrapping dus. Jawel, ze zou desgewenst zelfs weer als koper kunnen gaan optreden. Iets soortgelijks hebben we eerder gezien, in 2011. In de nasleep van de onrust over het schuldenplafond destijds.