Onrust rond de valuta’s van de groeilanden blijft aanhouden

Het zijn barre tijden voor een aantal munten uit de groeilanden. Onder andere de Turkse lira (TRY/USD), de Argentijnse peso (ARS/USD) en de Braziliaanse real (BRL/USD) hebben flinke verliezen moeten slikken tegenover de dollar. De beleggers hebben deze munten massaal gedumpt en zijn in de Amerikaanse dollar gestapt. De stijging van de rente in de Verenigde Staten is daar niet vreemd aan, terwijl ook de risico’s verbonden aan de dollar een stuk lager zijn. Een belegging in de ‘greenback’ brengt dus gewoon meer op.

De Amerikaanse centrale bank heeft bovendien de handen vrij om de rente verder op te trekken. Dat is te danken aan de Amerikaanse economie, die bijzonder goed op dreef blijft. Anderzijds is de inflatie gestegen tot boven het gewenste niveau van 2%. Tegen die achtergrond zijn de centrale banken wereldwijd volop bezig om hun monetaire politiek aan te passen, met de Amerikaanse FED op kop.

Op 13 juni heeft de FED haar basisrente nogmaals met een kwart procent verhoogd (= 25 basispunten). Die beslissing heeft uiteraard nog meer beleggers naar de dollar doen overstappen. Het was al de tweede keer dit jaar dat de basisrente in de VS werd opgetrokken. De toonaangevende rente op de fed funds bevindt zich nu in een vork van 1,75% tot 2%, "een niveau dat overeenstemt met de huidige sterke arbeidsmarkt en met een inflatie die zich opnieuw boven het niveau van 2% bevindt," zo stelde het Federal Open Market Committee (FOMC) in een persmededeling.

Het is overigens al de 7e keer dat de FED haar rente optrekt sinds de ommekeer in haar monetaire politiek einde 2015 werd ingezet. De centrale bank verwacht voor het einde van dit jaar nog 2 renteverhogingen. De FED is bovendien ook optimistischer geworden over de Amerikaanse economie, er wordt voor dit jaar gerekend op een groei van het BBP met 2,80%. Dat is 0,10% meer dan in maart werd verwacht. Voor 2019 wordt een ongewijzigde groei van 2,40% verwacht.

Tegen een dergelijke achtergrond is het niet verbazingwekkend dat de dollar goed op koers ligt en dat de kwetsbare valuta’s uit de groeilanden klappen krijgen. De verliezen verschillen van land tot land, dit naargelang van de interne omstandigheden. De stijging van de rente in de VS is vooral nadelig voor die landen die veel schulden in dollars hebben uitstaan. Ze moeten namelijk meer rente op die schulden betalen.

Volgens Société Générale (PA:SOGN), dat een interview toestond aan de krant Les Échos, zijn vooral de Braziliaanse real en de Turkse lira kwetsbaar, van de Zuid-Afrikaanse rand, de Poolse zloty (PLN/USD) en de Tsjechische kroon (USD/CZK) wordt verwacht dat ze beter weerstand zullen kunnen bieden.

In het geval van de Argentijnse peso lijkt de BCRA, de centrale bank van dat land, amper in staat om de ontwaarding van de peso te stoppen. De basisrente werd in paniek verhoogd van 27,25% naar 40% (in reactie op de crisis van de peso sinds eind april) en ondanks het vooruitzicht op een hulpplan van het IMF met een waarde van 50 miljard dollar en het vervangen van de president van de BCRA Federico Sturzenegger door minister van Financiën Luis Caputo (een beslissing van de Argentijnse president Mauricio Macri) blijft de peso onder druk staan.

Valt het daarom af te raden om te beleggen in de groeilanden? Dat hoeft niet noodzakelijk zo te zijn. Sommige vermogensbeheerders blijven bijvoorbeeld positief voor Argentinië, gezien de aantrekkelijke rendementen geboden op de Argentijnse staatsobligaties die lopen tot begin volgend jaar. Want we mogen niet vergeten dat het land inderdaad mag rekenen op de steun van het IMF.