Voor het eerst in vijf jaar tijd heeft de Europese Centrale Bank (ECB) de rente verlaagd. De verlaging met 25 basispunten kwam overigens niet als een verrassing. Ook het afbouwen van het pandemie-noodaankoopprogramma (PEPP) met gemiddeld 7,5 miljard euro per maand vanaf juli dit jaar, werd al verwacht. Tot nu toe werden de afgeloste leningen door de ECB herbelegd. De verlaging van de beleidsrentes is het gevolg van de verwachte gunstige ontwikkeling van de inflatie door de monetaire beleidsbepalers. De ECB gaat er namelijk van uit dat de algemene inflatie dit jaar zal uitkomen op 2,5 procent en volgend jaar verder daalt naar 2,2 procent om vervolgens in 2026 uit te komen onder de doelstelling van 2 procent. Ook de kerninflatie laat dezelfde trend zien volgens de prognoses.
Sinds september 2023 is de inflatie met meer dan 2,5 procent gedaald. Tot gisteren heeft de ECB de rente ongemoeid gelaten. Dit betekent dat in reële termen (gecorrigeerd voor inflatie) de beleidsrentes nog steeds restrictief zijn. Dit is ook noodzakelijk omdat de daling van de inflatie tot stilstand is gekomen. Sterker nog, vorige maand is de inflatie in de eurozone op maandbasis toegenomen. De kerninflatie steeg van 2,7 procent in april naar 2,9 procent in mei.
Nu de eerste rentedaling een feit is, zijn beleggers benieuwd naar de cyclus van de verlagingen. De voorzitter van de ECB, Christine Lagarde, hield een slag om de arm wat betreft de volgende renteverlaging. Als de inflatie en de loonstijgingen de komende maanden gunstig ontwikkelen dan is er ruimte voor verdere rentedalingen. Vanochtend waarschuwde de voorzitter van de Bundesbank, Joachim Nagel, dat het monetaire beleid van de ECB niet op de automatische piloot wordt gezet als het aankomt op verdere renteverlagingen. De financiële markten daarentegen houden rekening met nog twee renteverlagingen dit jaar.
Banenrapport VS
De werkgelegenheid in de particuliere sector in de Verenigde Staten steeg in de maand mei minder hard dan waarop was gerekend. Er werd een stijging verwacht van 175.000 nieuwe banen, maar de teller bleef steken op 152.000. De “vrijetijdssector” was maandenlang de aanjager van de werkgelegenheid. In de maand mei stokte de aanwas in deze sector. Dit keer was de banengroei afkomstig uit de zorg- en de transportsector. De stijging van de lonen neemt af, met name bij de werknemers die van baan verwisselen. Bij de “jobhoppers” is de loonstijging afgenomen van 9,3 procent in april naar 7,8 procent in mei. Volgens loonstrookverwerker ADP laat zowel de loon- als de banengroei een vertraging zien in aanloop naar de tweede helft van dit jaar. Vandaag zijn alle ogen gericht op het officiële banenrapport in Amerika. Economen verwachten een toename van het aantal banen met 190.000 en een werkloosheidspercentage van 3,9. Een afkoeling van de arbeidsmarkt voedt de hoop bij beleggers op renteverlagingen door de Fed later dit jaar.
Na het rentebesluit van de ECB scherpte de Amsterdamse hoofdgraadmeter gisteren de recordstand verder aan. Mocht de arbeidsmarkt in de Verenigde Staten verder afkoelen dan kan de opmars van de AEX-index nog wel even aanhouden.