Door Geoffrey Smith
Investing.com - Na een aarzelende opening zijn de Europese aandelenbeurzen vanochtend toch gestegen. Ze zetten daarmee hun herstelrally van dinsdag en gisteren voort. Deze was begonnen nadat Fed-voorzitter Jerome Powell had gezinspeeld op een mogelijke rentevoetverlaging.
Powell had dinsdag in een toespraak gezegd dat “wij zoals altijd gepast zullen handelen om de (economische) groei te ondersteunen." Hij had bezorgdheid geuit over de onzekerheid die de VS heeft doen rijzen door zijn recente geschillen met China en Mexico rondom handels- en immigratiekwesties. Hij sprak op geen enkele manier over de "geduldige" benadering van de beleidsvorming die normaal gesproken de communicatie van Powell heeft gedomineerd.
Om 10:30 uur stond de Euro Stoxx 600 0,8 punten of 0,2% hoger. Met 373,74 stond hij iets onder het hoogtepunt van een week. De Duitse Dax en de Britse FTSE 100 waren beide met 0,2% gestegen.
Het sentiment wordt ook ondersteund door een verrassende stijging van IHS Markits dienstensectoronderzoeken over het hele continent. De diensten-inkoopmanagersindex van Europa steeg in mei tot 52,9, beter dan de verwachting voor een onveranderde 52,5. De nationale indexen verzwakten in Frankrijk, Italië en Spanje, maar de Duitse steeg.
De grootste achterblijver is vandaag de Italiaanse FTSE MIB 30 met een daling van 0,1%. Deze wordt aangedreven door politieke onrust. Het parlement heeft met een stemming indirect de suggestie van de populistische coalitie onderschreven om een parallelle valuta uit te geven in de vorm van kortlopende staatsobligaties – ook wel bekend als MiniBOT's. Italiaanse persberichten stellen eveneens dat de EU al heeft besloten om een procedure wegens "buitensporige tekorten" tegen Italië te starten wegens het overtreden van de fiscale regels.
Banken behoren ook vandaag tot de slechts presterende aandelen, nu de gedachte aan Fed-versoepeling de ogen gericht houdt op de beleidsvergadering van de Europese Centrale Bank van donderdag. Sommige analisten verwachten dat de ECB de datum voor de eerste renteverhoging tot na het einde van dit jaar zal opschuiven, wat de intense druk van de lage rentevoeten op de bankmarges zou verlengen.
Credit Agricole (PA:CAGR), Société Générale (PA:SOGN) en BNP Paribas (PA:BNPP) bleven alle achter bij de lokale index, evenals als de Italiaanse Intesa Sanpaolo MI:ISP) en Unicredit (MI:CRDI), de Spaanse Santander (MC:SAN) BBVA (MC:BBVA) en Caixabank (MC:CABK). In Nederland staan ING (AS:INGA) en ABN AMRO (AS:ABNd) onderaan de AEX.