ENSCHEDE (AFN) - De rechtbank Amsterdam vraagt de Hoge Raad om advies in een zaak over rentederivaten. Dat voornemen heeft de rechtbank in een tussenvonnis uitgesproken. De rechtbank stelt dat een bepaald onderdeel rondom het dossier, waarover onduidelijkheid is, bij veel vergelijkbare zaken speelt en wil helderheid.
De vraag van de rechtbank gaat over het verweer van dwaling, dat veel mkb-ondernemers aanvoeren. Om dat verweer in stand te houden moet volgens een arrest uit 2009 de gedupeerde de overeenkomst aan zijn gegaan terwijl hij een verkeerde voorstelling had van bijvoorbeeld de risico's van een product. Van een ondernemer mag echter verwacht worden dat hij zaken vraagt die hij niet begrijpt voor hij een deal sluit, de zogenoemde informatieplicht.
Het gerechtshof in Amsterdam heeft recent meer de nadruk gelegd op de zorgplicht van banken. Rentederivaten waren zo'n ingewikkeld product dat de banken als professionele partij de risico's duidelijk hadden moeten uitleggen.
De adviesvraag bij de Hoge Raad duurt een halfjaar tot een jaar. Tot die tijd zullen veel rechtszaken over rentederivaten vertraging oplopen.