In Tokio heeft de Bank of Japan (BOJ) donderdag haar tweedaagse vergadering afgesloten met het besluit om haar kortetermijnrente op 0,25% te handhaven. Te midden van politieke onrust en marktvolatiliteit heeft de centrale bank een voorzichtige houding aangenomen ten aanzien van eventuele wijzigingen in haar uitgebreide monetaire stimuleringsprogramma.
Het recente verlies van een parlementaire meerderheid door de regerende coalitie heeft zorgen gewekt over mogelijke beleidsimpasse, wat de vooruitzichten voor toekomstige renteverhogingen compliceert. Analisten suggereren dat de BOJ waarschijnlijk agressieve stappen in het verhogen van de leenkosten zal vermijden vanwege het gebrek aan significante inflatiedruk en Japan's delicate economische herstel.
De BOJ staat voor een uitdagende balanceeract, waarbij ze speculatiegedreven dalingen van de yen wil voorkomen zonder al te voorzichtig over te komen wat betreft de beleidsvooruitzichten. De aankomende Amerikaanse presidentsverkiezingen op 5 november voegen een extra laag complexiteit toe, aangezien de BOJ zich onthoudt van expliciete indicaties over de timing en omvang van mogelijke renteverhogingen.
Naomi Muguruma, hoofdstrateeg obligaties bij Mitsubishi UFJ Morgan Stanley Securities, benadrukte de negatieve impact van binnenlandse politieke onrust op de economische activiteit en de potentiële tegenwind die dit vormt voor de renteverhogingsplannen van de BOJ. Ze wees er ook op dat de BOJ mogelijk moet ingrijpen als een snelle daling van de yen dreigt de inflatie opnieuw aan te wakkeren.
Het kwartaalrapport van de BOJ, dat naar verwachting na de vergadering zal worden vrijgegeven, zal waarschijnlijk de projectie handhaven dat de inflatie tot begin 2027 rond de 2% zal schommelen. De aandacht zal echter uitgaan naar eventuele wijzigingen in de risicobeoordeling of toekomstige beleidsbegeleiding van de BOJ. In het vorige rapport van juli gaf de BOJ aan bereid te zijn om de rentes te blijven verhogen als de economische en prijsomstandigheden in lijn zijn met haar prognoses.
De centrale bank beëindigde in maart de negatieve rentes en verhoogde in juli de kortetermijnrentes, wat haar visie weerspiegelt dat Japan vordert richting haar inflatiedoelstelling van 2%. Desondanks heeft gouverneur Ueda herhaald dat, hoewel de bank zich inzet voor haar renteverhogingspad, er geen urgentie is om te handelen aangezien de inflatie gematigd blijft. Een kleine meerderheid van de ondervraagde economen verwacht dat de BOJ dit jaar zal afzien van een renteverhoging, hoewel de meesten er een voorzien tegen maart.
De zorgvuldige navigatie van de BOJ door het huidige economische en politieke landschap wijst op een toewijding aan het waarborgen van stabiliteit, terwijl ze voorbereid blijft om haar beleid aan te passen in reactie op veranderende omstandigheden.
Reuters heeft bijgedragen aan dit artikel.
Dit artikel is vertaald met behulp van kunstmatige intelligentie. Raadpleeg voor meer informatie onze gebruiksvoorwaarden.