Geschreven in het Engels voor investing.com op 23 mei 2018
Het afgelopen jaar stegen de prijzen van olie en veel analisten voorspelden dat de stormloop op de nieuwe Amerikaanse schalieproductie na verloop van tijd de prijzen zou drukken. Na bijna zes maanden in 2018 blijft de Amerikaanse schalieproductie groeien, maar lijkt nog steeds niet de prijzen te beïnvloeden zoals voorspeld. Dit kan gedeeltelijk worden verklaard door de geopolitieke situatie die de prijzen hebben opgedreven, maar het is ook een gevolg van een aantal ernstige en systematische belemmeringen waarmee de Amerikaanse olie-industrie wordt geconfronteerd.
De mogelijkheid bestaat dat elk van deze belemmeringen de komende maanden kan veranderen. Als dat gebeurt, zal ook de Amerikaanse schalieproductie en de olieprijs veranderen.
1. Pijpleidinginfrastructuur
Pijpleidingen in regio's waar schalieolie wordt geproduceerd draaien op volle capaciteit. Dit heeft problemen veroorzaakt voor kleinere olieproducenten, die meer moeten betalen om hun olie te kunnen vervoeren. In feite zijn producenten die geen contracten voor pijpleidingtransport hebben, gedwongen hun olie met korting te verkopen. Dit soort beperkingen met pijpleidingen hebben de Amerikaanse olie-industrie jarenlang geplaagd en hebben bedrijven gedwongen om ruwe olie te verschepen in vrachtwagens of per spoor, twee soorten transport die duurder en gevaarlijker zijn dan pijpleidingen.
Nu lijkt het erop dat deze bottleneck ten einde komt. Er zijn verschillende nieuwe plannen voor pijpleidingen aangekondigd en andere pijpleidingen zijn al in aanbouw. Het is mogelijk dat tegen het einde van 2019 de prijs voor het transport van Amerikaanse olie aanzienlijk is gedaald en dat grotere volumes Amerikaanse olie in staat zullen zijn om de markt te bereiken. Dit zou betekenen dat Amerikaanse producenten hun product zonder de huidige kortingen zouden kunnen verkopen (tot $13 korting per vat voor bepaalde olie, volgens sommige rapporten). Het zou ook betekenen dat Amerikaanse olie sneller de havens kan bereiken. Verbeterde pijpleidinginfrastructuur zou de gehele Amerikaanse olie-industrie efficiënter kunnen maken.
2. Havens
Amerikaanse producenten mogen pas sinds begin 2016 ruwe olie exporteren en de meeste havens zijn niet uitgerust om de grootste tankers (VLCC's), die tot 2 miljoen vaten olie kunnen vervoeren, te ontvangen. De meeste havens voor olie-export zijn geschikt voor schepen met minder dan de helft van die capaciteit. Alleen de Louisiana Offshore Oil Port (LOOP) kan op dit moment de VLCC-tankers voor export accepteren, hoewel er plannen zijn om andere havens, zoals die van Corpus Christi in Texas, uit te baggeren als er financiering gevonden kan worden. De geringere capaciteit van de meeste Amerikaanse havens is een andere beperking op de efficiëntie van de Amerikaanse schalie-industrie.
3. Personeel en voorraden
Producenten in schalieoliegebieden hebben maandenlang te maken gehad met personeelsproblemen. Bedrijven betalen een premie aan vrachtwagenchauffeurs, boorders, lassers en andere soortgelijke posities. Ook was er een tekort aan zand dat gebruikt wordt bij fracking, hoewel er berichten zijn dat nieuwe zandafgravingen geopend zijn om deze beperking weg te nemen. Hoewel we een toename van de Amerikaanse schalieolieproductie hebben gezien, is deze toename niet zo groot als ze zonder dergelijke beperkingen geweest zou zijn.
4. Kwaliteit ruwe olie
Het belangrijkste om in het oog te houden is echter of er voldoende markt is voor nog meer Amerikaanse schalieolie. De olie die wordt geproduceerd door fracken is een zeer lichte soort olie. Amerikaanse raffinaderijen zijn niet ontworpen om zoveel lichte ruwe olie te verwerken. Sommigen mengen deze ruwe olie met zwaardere soorten, maar het proces is niet ideaal voor de raffinagebehoeften. Het bouwen van nieuwe raffinaderijen is bijna onmogelijk in het huidige regelgevingsklimaat. De VS hebben sinds 1977 geen nieuwe raffinaderij gebouwd, hoewel twee kleine raffinaderijen in South Dakota en Zuid-Texas nu zijn toegestaan en momenteel in aanbouw zijn. (Sommige raffinaderijen, zoals Motiva in 2012 en Valero (NYSE:VLO) in 2017, hebben hun faciliteiten uitgebreid).
Andere markten voor lichte ruwe olie lijken ook verzadigd te zijn, blijkbaar met uitzondering van China. Volgens een opiniestuk van een content director van S&P Global Platts willen onafhankelijke Chinese raffinaderijen meer lichte ruwe olie van de Amerikaanse schalieolie-industrie afnemen.
5. Gevaar van een handelsoorlog
Tot nu toe heeft de VS slechts één VLCC-tanker met Amerikaanse ruwe olie naar China gestuurd, maar naarmate de beperkingen van de infrastructuur in de VS afnemen, kan dat aantal stijgen. Aan de andere kant hangt de hoeveelheid ruwe olie die onafhankelijke Chinese raffinaderijen kunnen importeren af van de wil van de Chinese overheid, die twee keer per jaar invoervergunningen afgeeft.
Het is heel goed mogelijk dat de export van Amerikaanse ruwe olie naar China een thema gaat worden in de lopende handelsbesprekingen tussen China en de VS. In dat geval zou de politiek, en niet de industrie, de omvang van de markt voor Amerikaanse olie gaan bepalen.