Genentech, de biotech-dochter van de Zwitserse farmaceut Roche (SIX:ROG), heeft samen met het Zwitserse biotechnologiebedrijf AC Immune (NASDAQ:ACIU) een succesvolle vooruitgang geboekt met de ontwikkeling van een medicijn tegen de ziekte van Alzheimer. Genentech en AC Immune werken al sinds 2006 samen aan de ontwikkeling van een medicijn tegen de hersenziekte en de ontwikkelaars hadden te kampen met vele tegenslagen. Maar nu valt er dus een succesje te melden. Een onlangs afgeronde experimentele therapie heeft aangetoond dat het de cognitieve achteruitgang van patiënten met 43,6 procent vertraagde ten opzichte patiënten die een placebo kregen. Het medicijn bevat het antilichaam Semorinemab dat het eiwit tau moet aanvallen. Van dit eiwit wordt aangenomen dat het een rol speelt bij de ziekte van Alzheimer.
De succesvolle studie geeft de ontwikkelaars goede hoop op een medicijn tegen één van de meest omvatrijke ziekten op aarde. Het lijkt dan ook de heilige graal voor de medicijnindustrie. Roche en AC Immune zitten met de ontwikkeling in fase II maar er zijn al farmaceuten in fase III zoals Elli Lilly. Het Amerikaanse Biogen kreeg zelfs al een medicijn goedgekeurd door de Food and Drug Administration, de Amerikaanse waakhond voor medicijnen. Toch zijn er nog veel wetenschappers die zich afvragen in hoeverre de ontwikkelde medicijnen effectief zijn. Zo waren en bij de goedkeuring van het medicijn van Biogen (Aducanumab) 10 van de 11 leden van het externe adviescomité niet overtuigd van de effectiviteit van het medicijn. Er is dan ook heftige kritiek op het feit dat de FDA het toch goedgekeurd heeft.
Zoals het een biotech-aandeel betaamt, spoot de koers van AC Immune omhoog op de Nasdaq op de berichten. Afgelopen dinsdag ging het aandeel in de eerste handelsuren met 59 procent omhoog. Maar er werd al snel winstgenomen; het aandeel eindigde dinsdag 16 procent hoger en gisteren ging er bijna 12 procent van de koers af. Dit koersgeweld ging aan het aandeel Roche voorbij. Hier zorgden de berichten slechts voor een rimpeling in de koers.
Ongewijzigde koers bij OPEC+
Het oliekartel OPEC+ houdt vast aan het in juli genomen besluit om tot eind 2022 elke dag 400.000 vaten olie extra uit de grond te pompen ten opzichte van de dagproductie in juli en dit elke maand met hetzelfde aantal te verhogen. Hiermee zal de olieproductie in september 2022 weer terug zijn op het niveau van voor de coronapandemie. Dit was in overeenstemming met de verwachting van analisten. De olieprijs reageerde dan ook nauwelijks op het genomen besluit, al stond de olieprijs in aanloop naar het OPEC-overleg wel onder druk. Wel stelden de OPEC-leden hun prognose voor de vraag naar olie naar boven bij. Men verwacht nu voor 2022 een vraag van 4,2 miljoen vaten olie per dag. Dit was eerder nog 3,28 miljoen vaten per dag. Voor OPEC-begrippen waren de leden (waaronder Saudi Arabië en Rusland) er gisteren snel uit; de vergadering duurde minder dan een uur. De volgende vergadering staat gepland op 4 oktober.
Het Witte Huis is niet blij met het besluit om de productie niet verder te verhogen. Onlangs riep president Biden nog hiertoe op. Aangezien de benzineprijs één van de belangrijkste items is voor Amerikaanse burgers, zou het hem goed uitkomen indien de thans hoge benzineprijs zou dalen vóór de midterm verkiezingen van volgend jaar. Maar de OPEC-leden lieten het verzoek van Biden links liggen. Zij zijn meer gefocust op wat de snel opkomende deltavariant van het coronavirus doet met de vraag naar olie.