Oktoberbodem
Op 27 oktober zette de AEX-index een bodem neer op 714 punten. Sindsdien stegen de beurzen vier weken-op-rij. De AEX-index reikte gisteren tot 765 punten, een winst van ruim 7 procent in een maand. De S&P 500 en de Nasdaq 100 stegen afgelopen maand respectievelijk met 10 en 12 procent. Ook Thanksgiving en Black Friday waren niet in staat de losgeslagen stier te temmen.
Momentum
De markten lijken weer het nodige momentum te hebben. Een opwaartse trend die best wel eens tot oudejaarsdag zou kunnen voortduren. De geschiedenis leert ons immers dat de S & P 500 de afgelopen 7 decennia in 70 procent van de gevallen opliep tussen Thanksgiving en Nieuwjaarsdag. Gemiddeld bedroeg de stijging 1,7 procent. Sterker nog, in de jaren waarin de beleggers reeds met winst op zak aan de kalkoen gingen liep de beurs in de laatste maand gemiddeld zelfs 3,7 procent op.
De laatste?
Na een ronduit slecht 2022 en een voor beleggers zonder de Magnificent Seven in hun portefeuille eveneens matig 2023 lijkt de zon dan toch weer te gaan schijnen. Zou de Federal Reserve de rente afgelopen juli voor het laatst verhoogd hebben? Vanaf 1995 is dit de vijfde serie renteverhogingen die de Amerikaanse centrale bank op de markt liet neerdalen. In het jaar volgend op de laatste renteverhoging steeg de beurs de vorige vier keer met gemiddeld 17 procent.
Verlagingen?
Niet alleen verheugen beleggers zich op het waarschijnlijke einde aan de renteverhogingen. Renteverlagingen worden niet langer uitgesloten. Volgens de CME FedWatch Tool bestaat er een kans van 25 procent dat de rente reeds in maart met een kwart procent verlaagd zal worden. Voor de maand mei wordt deze kans reeds op 50 procent geschat. Gemiddeld gaat de centrale bank negen maanden na de laatste verhoging over tot een verlaging.
Inkoopmanagers licht positief
Niet alleen waren er meevallers van het rentefront. Enigszins verstopt in de verkorte handelsweek rapporteerde S & P Global de samengestelde inkoopmanagersindex. De samengestelde PMI kwam uit op 50,7. Niet om van achterover te vallen, maar toch duidt dat op voortgaande economische groei. De GDPNow van de Atlanta Fed verwacht een groei van 2,1 procent in het vierde kwartaal. Inderdaad, bedrijven nemen voor het eerst sinds de pandemie weer minder personeel in dienst. Voor iedere werkzoekende staat echter nog steeds 1,5 vacature open. De arbeidsmarkt koelt af. Maar hier lijkt eerder sprake van een normalisatie sinds de pandemie, niet van een ineenstorting.
Tijdelijk
De groei van de CPI vlakt gestaag af. De producentenprijzen dalen inmiddels zelf. Daarmee komen de inflatieverwachtingen steeds meer in de buurt van de doelstelling van de centrale bank. Het is niet uitgesloten dat ergens in het komende voorjaar de gewenste 2 procent weer wordt bereikt. Daarmee zou het inflatiespook weer sneller van het toneel zijn verdwenen dan het ooit verschenen was. Hadden de centrale bankiers dan toch gelijk met hun “tijdelijke” inflatie?
Record instroom
Nu staat er momenteel een recordbedrag van 5700 miljard dollar geparkeerd in cash of geldmarktfondsen. Het is niet gezegd dat dit geld in groten getale richting beurs zal gaan. Het rendeert nu met zo’n 5 procent immers alleraardigst. Het sentiment op de beurzen is in vier weken tijd echter weer volledig omgeslagen. Zo kenden de cubes – de populaire Nasdaq-100 ETF – recent hun grootste instroom van nieuw geld ooit. Het duidt nog niet op een correctie in Big Tech voor dit resterende jaar.
Heeft de rally nog kracht?
Natuurlijk, die lang verwachte recessie gromt nog steeds op enige afstand. Ook de consumentenprijzen kunnen plotseling weer ongewenst opleven. Daarnaast steken overheden zich wereldwijd als dronken zeelui in de schulden. Dat zou de markten kunnen verstoren. Ontregelde staatsfinanciën kunnen weer tot een hogere rente leiden. Maar beleggers hebben het momentum al weer vier weken mee. Dat zou best eens tot de jaarwisseling kunnen voortduren.