De Amerikaanse consumentenprijsindex (CPI) voor september liet een lichte stijging zien boven de verwachtingen, wat erop wijst dat de inflatie mogelijk niet zo snel afkoelt als gehoopt. Dit kan van invloed zijn op de monetaire beleidsbeslissingen van de Federal Reserve in de komende maanden.
Het Amerikaanse ministerie van Arbeid meldde dat de CPI in september met 0,2% steeg, gelijk aan de stijging in augustus. Over de afgelopen 12 maanden is de CPI met 2,4% gestegen, de kleinste jaarlijkse stijging sinds februari 2021. Ondanks de bescheiden jaar-op-jaar stijging overtrof het septembercijfer de voorspellingen van economen, die een maandelijkse stijging van 0,1% en een jaarlijkse stijging van 2,3% verwachtten.
Na de bekendmaking van de inflatiegegevens wezen de Amerikaanse aandelenindexfutures op een zwakkere opening op Wall Street, met een licht verlies van 0,35%. De obligatiemarkt reageerde met een daling van het rendement op 10-jarige Amerikaanse staatsobligaties naar 4,667%, en het rendement op 2-jarige obligaties daalde naar 3,9908%. Op de valutamarkt daalde de dollarindex met 0,09%, terwijl de euro 0,02% sterker werd.
Peter Cardillo, hoofdeconoom bij Spartan Capital Securities in New York, verklaarde dat de inflatiecijfers hoger waren dan verwacht, wat suggereert dat de daling van de inflatie in de komende maanden mogelijk niet zal plaatsvinden.
Cardillo wees op de teleurstelling in de jaar-op-jaar stijging van de kerninflatie en speculeerde dat de Federal Reserve mogelijk minder agressief zal zijn met renteverlagingen, waarbij mogelijk slechts één renteverlaging tegen het einde van het jaar zal plaatsvinden, waarschijnlijk in december.
Cardillo merkte ook op dat de eerdere beslissing van de Federal Reserve om de rente met 50 basispunten te verlagen, mogelijk voorbarig was geweest, zoals blijkt uit de verdeelde meningen in de notulen van de vergadering.
Brian Jacobsen, hoofdeconoom bij Annex Wealth Management in Menomonee Falls, Wisconsin, merkte op dat de inflatie hoger was dan verwacht door stijgingen in de kosten van voedsel en huisvesting. Hij vermeldde ook dat september waarschijnlijk de laatste maand zou zijn waarin energieprijsdeflatie te zien is, wat de inflatieverwachtingen in toom heeft gehouden.
Jacobsen waarschuwde dat de combinatie van hogere energie- en voedselprijzen zwaarder zou kunnen wegen dan de deflatie in goederenprijzen, wat mogelijk zou kunnen leiden tot hogere inflatie en extra druk op de Federal Reserve om de zorgen over stijgende inflatie af te wegen tegen een vertragende economie.
Reuters heeft bijgedragen aan dit artikel.
Dit artikel is vertaald met behulp van kunstmatige intelligentie. Raadpleeg voor meer informatie onze gebruiksvoorwaarden.