Gisteren heeft Eurostat de inflatiecijfers van de eurozone over de maand februari gepubliceerd. De inflatie daalde slechts fractioneel van 8,6 naar 8,5 procent op jaarbasis. Economen hadden gerekend op een verdere daling naar 8,2 procent. Grote tegenvaller was de uitkomst van de kerninflatie (zonder rekening te houden met energie en voeding). Tegen de verwachtingen in liep de kerninflatie op van 5,3 naar 5,6 procent op jaarbasis.
De voedselprijzen stegen in februari met 15 procent in vergelijking met een jaar geleden. In januari was de stijging 14,1 procent. Dit betekent dat de voedselprijzen verder oplopen. De vraag is wanneer de voedselprijzen gaan dalen. Voedselprijzen zijn het meest gevoelig voor de energieprijsstijgingen, daarna volgen de prijzen van de industriële producten. De vertraging waarmee voedselprijzen reageren op hogere energieprijzen is 3 tot 9 maanden. Voor goederen zoals bijvoorbeeld kleding en duurzame goederen, denk hierbij aan meubels, is de doorlooptijd van de hogere energiekosten aanzienlijk langer met 12 tot 21 maanden. Als de inflatiegeest eenmaal uit de fles is dan worden wij nog gedurende lange tijd geconfronteerd met de nadelige gevolgen van de stijgende energieprijzen in het verleden.
Achter de feiten aanlopen
Centrale banken hebben lange tijd gedacht dat de inflatie tijdelijk zou zijn. Dit blijkt achteraf een behoorlijke misrekening te zijn geweest. Ongeveer een jaar geleden begon de Amerikaanse centrale bank (Fed) met het verhogen van de beleidsrente vanaf nihil. De verwachting is dat tijdens de rentevergadering van de Fed op 22 maart aanstaande de beleidsrente met 25 basispunten wordt verhoogd naar 4,75 tot 5,00 procent. De agressieve renteverhogingen van het afgelopen jaar tonen aan dat de centrale bank te laat is begonnen met een verhogen van de rente en daardoor achter de feiten aanloopt. Om te voorkomen dat de monetaire beleidsbepalers de grip op de inflatie kwijt zouden raken, is ervoor gekozen om een ongekende verkrapping van het monetaire beleid door te voeren.
De angst van beleggers is dat de Amerikaanse centrale bank te lang doorgaat met het verhogen van de rente omdat de daling van met name de kerninflatie langzaam gaat. Het na-ijleffect van het pieken van de energieprijzen in oktober vorig jaar kan zomaar twee jaar duren. Het is te hopen dat de beleidsbepalers oog hebben voor het na-ijleffect en de rente niet onnodig ver laten oplopen.
De uitspraken van Atlanta Fed-voorzitter, Raphael Bostic, tegenover de Wall Street Journal werden op aandelenbeurzen goed ontvangen. De vervangend bestuurslid binnen het beleidscomité van de Fed geeft de voorkeur aan een renteverhoging van 25 basispunten omdat het gepast is om voorzichtigheid te betrachten bij het verhogen van de rente.
Even later meldde collega Fed-gouverneur, Christopher Waller, tijdens een bankenforum in Los Angeles dat de rente meer dan verwacht verhoogd moet worden wanneer de macro-economische data sterk blijven. Mocht de inflatie en de arbeidsmarkt in de komende maanden afkoelen dan ligt de verwachte eindrente tussen een bandbreedte van 5,1 tot 5,4 procent.
Uit de wekelijkse aanvragen voor een werkloosheidsuitkering blijkt dat de arbeidsmarkt onverminderd krap blijft. Het aantal aanvragen daalde met 2.000 naar 190.000. Voor de zevende week op rij ligt het aantal aanvragen onder de 200.000. Niet zo verwonderlijk dat de Amerikaanse tienjaarsrente deze week weer boven de 4 procent is opgelopen.