Amerikaanse outperformance
Het nieuwe beleggingsjaar is reeds een maand oud. Vooralsnog zetten bestaande trends zich voort. De Amerikaanse beurzen lopen voorop, de Europese indices volgen schoorvoetend. Niets nieuws onder de zon. Sinds de kredietcrisis was de outperformance van de Amerikaanse markten fenomenaal. Zo waren de winsten sinds 2009 van de S&P 500-index niet minder dan vijf keer zo groot als die van de Euro Stoxx 50-index.
Was niet altijd zo
Deze Amerikaanse outperformance lijkt tegenwoordig de normaalste zaak van de wereld. Maar dat is niet altijd zo geweest. Zo liepen de rendementen in Europa en de VS in de twee decennia voorafgaand aan de kredietcrisis wel gelijk op. Sinds de financiële crisis is er echter iets fundamenteel veranderd.
VS zijn veel duurder
Momenteel wordt er voor de Stoxx 600 Europe 12,9 keer de verwachte winst over 2024 betaald. Het betreft de 600 grootste aandelen uit 17 verschillende Europese landen, waaronder ook het VK en Zwitserland. Voor de 500 grootste bedrijven uit de VS – de S&P 500 – wordt aanmerkelijk meer neergeteld, namelijk 20 keer de winst. Ruim 1½ keer zo duur. Het verleidt veel analisten ieder jaar weer om Europese aandelen aan te prijzen ten faveure van Amerikaanse.
Ieder jaar weer
Het is een scenario dat zich aan het begin van ieder nieuw beursjaar opnieuw ontvouwt. En dat weigert uit te komen. Daar zijn een aantal goede redenen voor te bedenken. Een eerste is de spectaculaire ontwikkeling die de technologiesector sinds 2009 heeft doorgemaakt. En ja, de belangrijkste aandelen uit deze sector hebben hun hoofdvestiging in de VS. We kennen de meesten inmiddels wel. Apple (NASDAQ:AAPL), Microsoft (NASDAQ:MSFT), Amazon (NASDAQ:AMZN), Alphabet (NASDAQ:GOOGL), Meta (NASDAQ:META), Nvidia (NASDAQ:NVDA) en Tesla (NASDAQ:TSLA), om er een paar te noemen.
Kwaliteit heeft zijn prijs
Deze aandelen waren steevast een stuk prijziger dan het gemiddelde Europese aandeel. Het einde van deze technologierally wordt al jarenlang voorspeld door veel analisten. Een einde dat op zich laat wachten. Dat heeft ook een reden. Zo bedroeg de vrije kasstroom van de Magnificent Seven de afgelopen vijf jaar bijvoorbeeld gemiddeld 14,5 procent per jaar tegen slechts 7 procent voor het gemiddelde aandeel. Ook de winstmarges waren superieur. Meer dan 19 procent voor de zeven tegen slechts 9 procent voor de rest van de markt. De winstverwachtingen voor Big Tech zijn dan ook een stuk hoger. Niet geheel onterecht gezien hun prestaties uit het verleden.
Wat is duur?
Zijn ze aan de dure kant? Zeker, maar kwaliteit heeft zijn prijs. Bovendien, wat is duur. Een mooi voorbeeld vormt de grootste stijger van het afgelopen jaar, Nvidia. Waar veel beleggers – die het aandeel niet hebben – bijna verlangend uitkijken naar de vrije val die eens zal volgen, blijft het aandeel maar doorstijgen. Na een verdriedubbeling in 2023 dit jaar weer 27 procent. Is Nvidia veel te duur? Ach, in een jaar tijd daalde de waardering voor het fonds van 52 naar 30 keer de winst. De winst stijgt immers veel harder dan de koers.
Nog een reden
Maar Big Tech is niet de enige reden van de Amerikaanse outperformance. Sinds de kredietcrisis hebben de banken van Europa en de VS een afwijkende ontwikkeling doorgemaakt. Zo halveerde de totale marktkapitalisatie van de Europese banken sinds de kredietcrisis. Terwijl die van de Amerikaanse bankensector in dezelfde periode met ruim 60 procent toenam. De Amerikaanse autoriteiten reageerden anders dan de Europese op de verwoestende crisis.
Sneller herstel
Door een harde sanering was de Amerikaanse bankensector er weer sneller boven op. Dat terwijl de Europese banken lang bleven doorsukkelen. Bovendien hadden Europese banken een enorm gewicht aan nieuwe regelgeving om hun nek hangen. De ruimte om te bankieren werd een stuk minder. Amerikaanse banken konden zodoende in veel grotere mate bijdragen aan economische groei. Europese banken worstelden met hun vereiste veiligheidsratio’s.
Nog een last
Daar kwam nog een nieuwe last bij. Zo hebben de Europese autoriteiten ontdekt dat banken een uitstekende bron blijken om de gapende tekorten op de overheidsbegroting te dichten. Zo worden in allerlei Europese landen met gretigheid nieuwe bankenbelastingen ingevoerd. Die “enorme winsten” zijn er immers om afgeroomd te worden. Dergelijk beleid remt echter wel de economische voorspoed in Europa af.
Grootste kapitaalmarkt
Daarnaast beschikken de VS over ’s werelds belangrijkste valuta en een grote en diepe kapitaalmarkt. Gedupeerde beleggers hebben in de VS bovendien juridisch meer kans bij fraudegevallen hun recht te halen. Denk hierbij aan de afwikkeling van de Madoff-affaire uit 2008. Gedupeerde beleggers hebben inmiddels het grootste deel van hun verloren geld weer terug. In Europa lijkt dat ondenkbaar. Beleggen in de VS was zonder meer lonend de afgelopen 15 jaar. Dat heeft inderdaad ook een prijs.