Wapenstilstand
Op de recente top van de G20 kwamen de kemphanen China en de Verenigde Staten overeen de strijdbijl in ieder geval voor enige tijd te begraven. De beurzen reageerden opgelucht. Niet dat er op korte termijn een allesomvattend handelsverdrag verwacht werd, maar een verdere escalatie lijkt voor even van de horizon verdwenen. Langzaam begint het echter wel tot de financiële markten door te dringen dat deze uitkomst het maximaal haalbare is in de huidige omstandigheden. De handelsoorlog zou nog weleens jaren kunnen gaan duren.
Pax Americana
De geopolitieke situatie is immers duidelijk. Enerzijds is er de heersende supermacht Verenigde Staten die sinds de Tweede Wereldoorlog en zeker na het vallen van de Muur in 1989 de wereld heeft gedomineerd. Er was sprake van een zogeheten Pax Americana. Gedurende deze periode zijn er geen gewapende conflicten geweest tussen de Westerse naties en hoewel de Verenigde Staten diverse regionale oorlogen hebben uitgevochten, hebben ze een vrijwel continu overwicht op de wereldorde gehad. Een periode gekenmerkt door een steeds verder uitdijende wereldhandel die plaats kon vinden op basis van de voorwaarden van de sterkste speler, de Verenigde Staten. Een dergelijke situatie blijft doorgaans net zo lang voortbestaan totdat er zich een nieuwe macht meldt die de positie van de heersende macht bedreigt. Die nieuwkomer is China.
Economische confrontatie
De heerser, de Verenigde Staten, tracht zijn positie zo lang mogelijk te handhaven. Dat is niet in het belang van de nieuwkomer die juist de ambitie heeft de heerser naar de kroon te steken. Een confrontatie ligt voor de hand. Deze confrontatie wordt momenteel uitgevochten in de economische arena. Gelukkig maar, want op een militaire confrontatie zit niemand te wachten. De spanningen op verschillende plaatsen in de wereld nemen echter wel toe. En steevast vindt de ene partij de andere tegenover zich.
Brede consensus
Vooralsnog is er alleen sprake van een strijd gevoerd met economische middelen. Er woedt al enige tijd een handelsoorlog tussen beide grootmachten. Bedenk daarbij dat er in de Verenigde Staten een brede consensus bestaat over het voeren van deze “oorlog”. Het is niet slechts een persoonlijke guerrilla van Trump. Een democratische president zou hoogstwaarschijnlijk hetzelfde beleid voeren. Om de negatieve effecten van deze handelsoorlog op te kunnen vangen hebben beide partijen hun centrale banken in stelling gebracht. De centrale banken dienen met een ruim monetair beleid de ongunstige gevolgen van de handelsoorlog op te vangen. Ook het kanon van de centrale bank van de “neutrale” Europese Unie is inmiddels opgepoetst.
Onafhankelijkheid
U zult zeggen dat centrale banken toch onafhankelijk zijn van de regeringsleiders? Zo staat het officieel wel in de statuten. En jarenlang was dat waarschijnlijk ook het geval. Een centrale bank die onafhankelijk van de regering zijn rentebeleid kan bepalen lijkt immers een absolute noodzaak om een beperkte inflatie te garanderen. En daarmee de basis te leggen voor een goed functionerende vrije markt. Een vrije markt die de westerse wereld de afgelopen decennia een enorme hoeveelheid welvaart heeft gebracht.
Onder druk
Deze onafhankelijkheid bestond er in het autocratische China al nooit. Maar ook in de Verenigde Staten en de Europese Unie staat hij de laatste tijd in toenemende mate onder druk. Zo laat de Amerikaanse president niet na de druk op de Federal Reserve steeds verder op te voeren en een verlaging van de rente te verlangen om de Amerikaanse economie te stimuleren. Ook in de Europese Unie staat de onafhankelijkheid van de ECB onder druk. Zo lijkt de politieke benoeming van een buitenstaander – mevrouw Lagarde – sterk ingegeven door het belang van een ruim monetair beleid voor de zuidelijke economieën.
Onzichtbare put-optie
De centrale bankiers hebben de afgelopen decennia de beurzen steeds gered wanneer de wanhoop nabij leek. Het heeft hen een welhaast goddelijke status opgeleverd. Zo lijkt er een onzichtbare put-optie onder de beurzen gelegd te zijn. Deze put-optie werkt echter alleen wanneer het vertrouwen in centrale bankiers onaangetast is. De laatste tijd doen politici er echter alles aan om juist dat vertrouwen te ondergraven. De dag dat het vertrouwen van het grote publiek in de centrale bankiers verdwenen is, zou voor de beurzen wel eens een erg vervelende kunnen worden. Met andere woorden, politici zouden er goed aan doen de onafhankelijkheid van één van de meest gewaardeerde instituten in ere te houden.