De beurzen zijn de week positief uit de startblokken gekomen ondanks alle negatieve visies die kijkers gisteren bij zowel Buitenhof als Business Class om hun oren kregen. De vreugde is alleen van korte duur. Feit is echter dat afgelopen vrijdag de Amerikaanse beurzen de dag fors in de plus afsloten. Zowel de Dow, de S&P 500 als de NASDAQ deden mee in de feestvreugde. Dat was ondanks het feit dat het officiële werkloosheidspercentage in de Verenigde Staten opgelopen bleek te zijn van 4,4 procent in maart naar 14,7 procent in april. Volgens de officiële metingen kwamen in een maand tijd 20,5 miljoen Amerikanen extra zonder baan te zetten. De positieve kant van het verhaal is dat het laatste percentage minder hoog was dan de 16 procent waar analisten op hadden gerekend. Per saldo komt het er wel op neer dat de banengroei die de afgelopen tien jaar is gerealiseerd, volledig is weggevaagd. Trump doet er alles aan om de mensen gerust te stellen door te zeggen dat alle banen die de afgelopen tijd als gevolg van al die tijdelijke lockdowns verloren zijn gegaan, volgens hem ook weer snel zullen terugkomen zodra de situatie genormaliseerd is. Hij kan ook weinig anders zeggen aangezien hij graag voor november aanstaande zijn herverkiezing wil veiligstellen.
Beleggers putten vervolgens hoop uit de aankondiging van de Japanse minister van economie dat de noodtoestand in een aantal regio’s in Japan wellicht eerder zal worden beëindigd. Die was uitgeroepen nadat er een tweede golf van coronabesmettingen over het land rolde doordat de eerste serie beperkingen om de verspreiding van het coronavirus in te dammen te snel bleek te zijn opgeheven. Een soortgelijk verschijnsel lijkt zich te gaan afspelen in Zuid Korea, waar eerdere versoepelingsmaatregelen weer moeten worden teruggedraaid. Ook in Duitsland is het reproductiepercentage als gevolg van doorgevoerde versoepelingen weer boven 1 uitgekomen. We gaan zien of, en zo ja in welke mate, dat het voorzichtig heropstarten van de economieën in de diverse landen negatief zal beïnvloeden. De laatste weken zien we dat de prijzen van grondstoffen aan een gestage opmars bezig zijn, wat erop duidt de economische activiteit her en der aantrekt. Waarvan we gevoeglijk wel kunnen uitgaan is dat beleggers de komende tijd met volatiele beurzen rekening moeten blijven houden, ondanks het grove geschut dat door overheden en monetaire autoriteiten is ingezet.
Over monetaire autoriteiten gesproken. Het Duitse grondwettelijk hof oordeelde vorige week dat het opkoopprogramma van de ECB ‘buitenproportioneel en onvoldoende gemotiveerd’ is. De Duitse rechters in de rode toga’s willen dat de ECB binnen drie maanden de noodzaak van haar beleid meer aannemelijk maakt. Zo niet, dan gaat de ECB verder dan haar mandaat en mag de Bundesbank niet langer meewerken aan het opkoopprogramma. Het laatste woord is hier nog lang niet over gezegd, zeker niet omdat het Europese Hof van Justitie zich inmiddels op het standpunt heeft gesteld dat zij de enige instantie is die de bevoegdheid heeft om te oordelen over de supranationale instellingen van de Europese Unie. Getuige de renteontwikkeling op de staatsobligaties van de diverse eurolanden hebben beleggers er alle vertrouwen in dat het met een sisser afloopt. Of dat ook voor de koersontwikkeling van het aandeel Boskalis (AS:BOSN) geldt, zullen we woensdag zien. Dan opent het bedrijf uit Papendrecht de boeken. Wij zijn vooral benieuwd of topman Berdowski, die ook in ‘normale’ tijden altijd al redelijk terughoudend is in zijn voorspellingen, zich aan een verwachting voor de rest van het jaar durft te wagen.