Uitspraken van Jerome Powell, president van de Fed, zorgden eind vorige week voor de nodige renteangst onder beleggers. Ondanks dat het merendeel van de bedrijfscijfers, zeker in de Verenigde Staten, beter is dan verwacht zette die onrust koersen over het algemeen lager. Het sentiment wordt met andere woorden, zoals eigenlijk al het hele jaar, gedomineerd door rente, inflatie en uitspraken van centrale bankiers. Hoewel het bericht van Powell dat wat hem betreft het beteugelen van de inflatie absoluut essentieel is en de eerste rentestap van de Fed er één van vijftig basispunten zal zijn, natuurlijk niets nieuws is, was het wel nieuw dat Powell dat zei. Gecombineerd met de maandelijkse 95 miljard dollar aan monetaire verkrapping denken beleggers daar toch het hunne van.
Daarbij maken beleggers zich zorgen over de afzwakking van de economische groei. Na het exceptioneel sterke herstel uit de coronapandemie is het logisch dat het toekomstige groeicijfer lager zal uitvallen. Maar, de renteverhogingen van centrale banken zijn er ook op gericht die groei af te zwakken om zo te proberen de inflatie in te dammen. Het IMF heeft zich intussen ook in de discussie gemengd door er bij centrale bankiers op aan te dringen dat er meer wordt gedaan om de inflatie in te dammen.
Binnen de gelederen van de ECB wordt de roep om een actiever beleid ondertussen steeds luider. Dat is ook logisch want als we kijken naar de ontwikkeling van de inflatie dan zou de ECB natuurlijk allang gestopt moeten zijn met het opkoopprogramma. Sterker nog, er had allang een begin gemaakt moeten zijn met het afbouwen van de balans. Tevens zou de beleidsrente tenminste enigszins hoger hebben moeten staan. Nu is met de oorlog in Oekraïne in het achterhoofd een actiever beleid van de Fed niet helemaal onlogisch. De economie van de Verenigde Staten is immers een netto exporteur van onder ander olie, voedsel en wapens en kan zo profiteren van de omstandigheden. In Europa aan de andere kant worden de economieën aan alle kanten geraakt door de gevolgen van de Russische inval.
Nog vijf jaar Macron
De herverkiezing van de Franse president Macron zorgt vandaag voor opluchting op de financiële markten. Het werd niet de nek-aan-nek race met LePen waar velen bevreesd voor waren. Natuurlijk wezen de opiniepeilingen al in de richting van een overwinning van Macron, maar het verleden heeft aangetoond dat peilingen niet altijd even nauwkeurig zijn of dat er al te veel waarde moet worden gehecht aan de voorspellende waarde ervan. De stabiliteit in de eurozone is met deze verkiezingsuitslag in ieder geval gewaarborgd en dat is fijn in deze tijden van geopolitieke spanningen. Voor beleggers is hiermee één spannende kaart van tafel. Zij kunnen zich richten op de cijfers van onder andere Alphabet (NASDAQ:GOOGL), Microsoft (NASDAQ:MSFT) en Amazon (NASDAQ:AMZN). Het zijn drie van de 180 Amerikaanse bedrijven die deze week met cijfers komen.
Sterke omzetcijfers Roche
Roche (SIX:RO) presenteert vanochtend beter dan verwachte omzetcijfers. De omzet van de divisie Pharmaceutials steeg in het eerste kwartaal met 6 procent, die van de divisie Diagnostics nam met 24 procent toe. Deze laatste divisie profiteert van de daar ontwikkelde coronatest die nog steeds in groten getale worden verkocht. Verder was er goed nieuws voor een aantal nieuw ontwikkelde medicijnen. Zo heeft de FDA een oogmedicijn van Roche goedgekeurd en heeft de Europese toezichthouder de aanbeveling gekregen om een medicijn voor de behandeling van bloedkanker goed te keuren. De verwachtingen voor het hele jaar werden bevestigd. Daarin is verwerkt dat Roche verwacht dit jaar zo’n 2,5 miljard Zwitserse Frank aan omzet kwijt te raken aan biosimilars. Tevens zal naar verwachting door het einde van de coronapandemie naar verwachting de omzet bij de divisie Diagnostics 2 miljard Zwitserse Frank lager uitkomen. Door de van Novartis (NYSE:NVS) ingekochte en vervolgens ingetrokken aandelen zal de winst in 2002 in ieder geval 88 cent hoger zijn dan wanneer de aandelen niet ingekocht zouden zijn.