Recessie op komst
De beurzen zetten zich al enige tijd schrap voor een naderende recessie. Zo is de 10-jaars rente in de Verenigde Staten in een half jaar gezakt van 4,34 naar 3,45 procent. Aanmerkelijk minder dan de 5,17 procent die vergoed wordt op 3-maands staatsleningen. De rentecurve is diep invers. Een omgekeerde rentecurve geldt als een goede indicator voor een naderende recessie. Analisten verwachten over het eerste kwartaal een winstdaling van de 500 bedrijven uit de S&P 500 van 6,2 procent. De grootste daling sinds het tweede kwartaal van 2020, midden in de coronacrisis. Het wordt moeilijker de gestegen loonkosten aan afnemers door te berekenen. Met krimpende marges tot gevolg.
Meer seinen op rood
Niet alleen de rente en de bedrijfswinsten dalen. Het is moeilijk om nog een economische indicator te vinden die niet op een recessie lijkt te wijzen. De leading indicators daalden met 7,8 procent op jaarbasis. Steeds wanneer deze indicator in het verleden met meer dan 5 procent daalde volgde een recessie. De inkoopmanagers voor de industrie duiden op afnemende bedrijvigheid. Het aantal aanvragen voor een werkloosheidsuitkering loopt al maandenlang gestaag op. Een dergelijke toename was vaak een voorbode voor een economische omslag.
Huizenmarkt zwakt af
Ook de huizenmarkt begint in zijn voegen te kraken. Het aantal in aanbouw genomen huizen neemt al tien maanden op rij af. De gemiddelde prijs van een verkocht huis daalt. De arbeids- en de huizenmarkt vormen samen het fundament onder de economie. Het voorspelt weinig goeds. Dan is er nog de voortdurende onzekerheid over de inflatie. De CPI is na zijn piek uit de zomer van vorig jaar van 9,1 procent weliswaar fors afgenomen naar 5,0 procent nu, maar de kerninflatie blijft hardnekkig hoog. Deze daalt nauwelijks en bedraagt nog steeds 5,6 procent. Het zorgt voor onrust op de beurzen.
Bankencrisis
De fors opgelopen rente bleek voor diverse kleinere banken in de Verenigde Staten vorige maand te veel van het goede. Spaarders op zoek naar een hogere rentevergoeding trokken in groten getale hun geld weg en enkele banken bleken hier niet tegen bestand. In Europa ging gigant Credit Suisse onderuit. Daar lagen echter andere oorzaken aan ten grondslag. Het droeg wel bij aan een afnemend vertrouwen onder beleggers. De autoriteiten reageerden snel en adequaat en slaagden er in het vertrouwen weer snel te herstellen.
Politieke spanningen
Naast bovengenoemde onzekerheden maken beleggers zich in toenemende mate zorgen over de stijgende politieke spanningen in de wereld. De oorlog in Oekraïne laat de economie en de markten niet onberoerd. Maar vooral de oplopende spanningen tussen de twee grootmachten Verenigde Staten en China zorgen voor onrust. De voortdurende handelsoorlog kan tot deglobalisering leiden. Een verdeling van de wereldeconomie in verschillende gescheiden handelsblokken draagt niet bij aan economische welvaart.
Waslijst van zorgen
Kortom, een hele waslijst van zorgen voor beleggers. De MOVE-index (volatiliteitsindex van de obligatiemarkt) bereikte een sinds het faillissement van Lehman Brothers niet meer gezien niveau. De weging van obligaties in portefeuilles is sindsdien ook niet meer zo zwaar geweest, een teken van voorzichtigheid. Hetzelfde geldt voor defensieve aandelen van nutsbedrijven, producenten van consumptiegoederen en farmaceuten. Cryptocurrencies en goud zijn bezig aan een rally. Sinds de kredietcrisis waren shortposities in aandelen niet meer zo groot. De beurzen zetten zich schrap voor mindere tijden.
Wachten op een recessie
Nu wachten we met zijn allen op de naderende recessie. Misschien komt die er ook. Maar voor beleggers wellicht een reden om verder te kijken dan de nabije toekomst. Wanneer iedereen het met elkaar eens is op de beurs, kiest de markt meestal juist de tegenovergestelde richting. Wanneer iedereen rekent op een beursdaling is al het slechte nieuws reeds ingeprijsd. Men heeft zijn posities ingenomen of is uitgestapt.
Tijd om te kopen?
Een sprankje meevallend nieuws kan deze sombere stemming snel doen omslaan. Zo heeft de bankencrisis de centrale banken ertoe aangezet weer veel geld in de markt te pompen. Liquiditeiten die het vertrouwen hersteld hebben en de monetaire verkrapping weer grotendeels teniet hebben gedaan. De Greenspan-put lijkt nog steeds te bestaan. Meevallende bedrijfsresultaten zouden mogelijk een eerste aanzet kunnen geven. Met hun sombere verwachtingen hebben de analisten de lat erg laag gelegd. Inmiddels lijken de eerste resultaten mee te vallen, met name die van de banken. Nu Big Tech nog. Recessievrees? Misschien is het wel tijd om te kopen.