Het consumentengoederenconcern Procter & Gamble heeft afgelopen vrijdag de winstcijfers bekend gemaakt. De producent met bekende merken zoals Ariel, Gillette, Oral B en Pampers heeft de omzet zien dalen met 1 procent. De autonome groei is uitgekomen op 2 procent.
Bij de divisie waar onder andere de scheerproducten en de schoonmaakartikelen onder vallen was sprake van een kleine omzetstijging. De omzet van bijvoorbeeld verzorgingsproducten en babyproducten liet een omzetdaling zien.
De nettowinst is gedaald van 4,6 naar 4 miljard dollar. De winst per aandeel is met 12 procent afgenomen van 1,83 naar 1,61 dollar. De aangepaste winst per aandeel is echter met 5 procent gestegen naar 1,93 dollar. Dit is beter dan de verwachting van analisten, zij kwamen uit op 1,90 dollar.
De outlook voor het hele boekjaar is gehandhaafd. Het bedrijf gaat uit van een omzetgroei van 2 tot 4 procent. De winst per aandeel zal met 10 tot 12 procent stijgen, terwijl de aangepaste winst met 5 tot 7 procent zal toenemen.
Het aandeel Procter & Gamble (NYSE:PG) is afgelopen vrijdag onveranderd gesloten op deze cijfers.
Het cijferseizoen gaat deze week volop verder
Deze week publiceren ruim 20 procent van de S&P 500 bedrijven de winstcijfers. In totaal zullen 112 ondernemingen de resultaten bekend maken. Tot nu toe hebben 14 procent van de S&P 500 bedrijven de cijfers gepubliceerd. Maar liefst 79 procent hiervan heeft de verwachtingen voor wat betreft de winst per aandeel overtroffen. Dit is beter dan het 5 jaars gemiddelde van 77 procent.
In de afgelopen week hebben met name bedrijven uit de financiële sector positief verrast. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld ondernemingen uit de sector industrie.
Bedrijfsobligaties populair in de Verenigde Staten
Het verschil in rente op “Investment Grade” obligaties (dit zijn obligaties met een rating van minimaal BBB) ten opzichte van de staatsobligaties is gedaald tot 83 basispunten. Dit is het laagste niveau in 19 jaar. Bij de bedrijfsobligaties met een lagere rating dan BBB, de zogenaamde “Junk Bonds”, is het verschil teruggelopen tot 289 basispunten. Dit is het laagste niveau sinds 2007. Investeerders hebben recent op grote schaal extra bedrijfsobligaties aangekocht. Hieruit kan de conclusie worden getrokken dat zij de kans op een “zachte landing” steeds hoger inschatten. De beleggers gaan er derhalve vanuit dat de Fed succesvol zal zijn met het terugdringen van de inflatie zonder dat de groei te veel in gevaar zal komen. Een aantal grote fund managers is echter iets voorzichter in aanloop naar de verkiezingen die op 5 november zullen plaatsvinden. De uitkomst hiervan kan tot forse koersfluctuaties leiden.