Beleggers namen gisteren tot half drie onze tijd een afwachtende houding aan. In de Verenigde Staten stond er immers voor hen belangrijk nieuws op de rol. Het voorgerecht vormden de inflatiecijfers over mei en om 8 uur ’s-avonds onze tijd werd het hoofdgerecht geserveerd: het rentebesluit van de centrale bank van Amerika, de Federal Reserve. Over de uitkomst van het rentebesluit bestond onder economen en beleggers geen twijfel, de rente zou onveranderd blijven. Maar naar de toelichting op het besluit door Fed-voorzitter Powell daarentegen, inclusief het nieuwe inkijkje in toekomstige rentestappen (‘dot-plot’), werd wel met grote belangstelling uitgekeken.
Het voorgerecht smaakte goed: de inflatie koelt af
De consumentenprijzen in de Verenigde Staten bleken minder gestegen te zijn dan werd verwacht. In de maand mei stegen ze op jaarbasis met 3,3 procent waar er 3,4 procent werd verwacht, gelijk aan de uitkomst over april. Vooral de prijzen in Amerikaanse supermarkten stijgen niet langer terwijl de benzineprijzen in mei zelfs met 3,6 procent daalden. De voor de volatiele voedsel- en energieprijzen gecorrigeerde kerninflatie bleek ook beter dan verwacht. Hier werd gerekend op een toename van 3,5 procent op jaarbasis, na 3,6 procent in april. Er kwam echter een verrassende 3,4 procent uit de bus van het Amerikaanse ministerie van Arbeid. Op maandbasis bleven de consumentenprijzen zelfs stabiel in mei en kwam de kerninflatie met 0,16 procent lager uit dan de verwachte 0,3 procent.
Fed voorziet slechts 1 rentestap dit jaar
Het door Powell geserveerde hoofdgerecht lag helaas wat zwaarder op de maag. Vooralsnog haalt de Fed namelijk de voet nog niet van de rem. De federal funds rate blijft ook de komende maanden onveranderd op de range van 5,25 tot 5,50 procent. Volgens het beleidscomité is er met de ontwikkeling van de inflatie de afgelopen 3 maanden slechts een bescheiden vooruitgang geboekt in de richting van de door het comité gewenste 2 procent. Daarom is versoepeling van het huidige beleid op korte termijn nog niet mogelijk. Het was een teleurstelling voor de financiële markten. De Dow Jones opende 0,8 procent hoger op de mooie inflatiecijfers. De hoop op een spoedige renteverlaging door de Fed nam hierdoor immers toe, ondanks de prima banencijfers van afgelopen vrijdag die vooralsnog geen afkoeling van de economie weerspiegelden. De dollar, die na de renteverlaging door de ECB vorige week begonnen was aan een opmars, verzwakte bijna een procent na de inflatiecijfers. Maar beide maakten weer rechtsomkeert na de berichten van de Fed: De Dow Jones verspeelde de eerdere winst en de dollar verzwakte weer naar het niveau van voor de bekendmaking van de inflatiecijfers. De S&P 500 kon de openingswinst van 0,8 procent wel vasthouden en de Nasdaq wist de openingswinst verder uit te breiden naar een stijging van 1,5 procent. Op de effectenbeurzen in Azië en Europa zagen we vanochtend overwegend kleine minnetjes op de koersenborden.
Nieuwe ramingen
Het nieuwste ‘dot-plot’, het puntendiagram van de voorspelde ontwikkeling van de beleidsrente volgens de 17 bestuurders die mogen meestemmen over het monetaire beleid, geeft aan dat we dit jaar nog slechts 1 renteverlaging mogen verwachten. Dit waren er in maart nog 3. Het zorgt ervoor dat de gemiddelde renteverwachting voor eind dit jaar op 5,1 procent uitkomt, 50 basispunten hoger dan de vorige keer. Voor 2025 worden nu 4 verlagingen (100 basispunten) verwacht, 3 meer dan volgens het dot-plot van afgelopen maart. Voor eind 2026 blijft de renteverwachting op 3,1 procent staan. De verwachte economische groei werd niet aangepast, het gaat goed met de Amerikaanse economie maar een extra toename in economische activiteit wordt de komende jaren niet voorzien. Dit jaar zal de groei op 2,1 procent uitkomen en in 2025 en 2026 zal de economische groei naar verwachting 2 procent bedragen. De kerninflatie zal geleidelijk blijven afnemen, zo verwacht de Fed, maar minder snel dan in maart werd verwacht. Pas in 2026 zal de inflatie op de gewenste 2 procent uitkomen. De werkloosheid komt dit jaar uit op 4 procent, zal in 2025 toenemen naar 4,2 procent en in 2026 weer dalen naar 4,1 procent. Deze werkloosheidspercentages worden door de Fed opgevat als ‘volledige werkgelegenheid’, het andere mandaat van de Amerikaanse centrale bank naast prijsstabiliteit.