De Amerikaanse grootbank GOLDMAN SACHS(USD 144,10 - Houden) heeft een sterk kwartaal achter de rug.
De Amerikaanse zakenbank heeft in het eerste kwartaal een nettowinst van USD 2,26 miljard geboekt, ruim 7% meer dan een jaar eerder. De winst per aandeel kwam uit op USD 4,29. De omzet kwam 1,4% hoger uit op USD 10,1 miljard.
De omzet uit obligatie-emissies steeg tot een recordhoogte van USD 694 miljoen. Aandelenemissies leverden de bank USD 390 miljoen op, het hoogste bedrag in twee jaar. De handelsactiviteiten lieten een gezonde tred zien, deels doordat de waarde van activa het afgelopen kwartaal steeg. Wij voorzien nog wel enige stagnering in de omzetgroei, gerelateerd aan een sterke economie en lagere inkomsten uit vastrentende waarden. De inkomsten uit aandelenemissies, schuldpapierbeleggingen en andere beleggingen zijn exemplarisch voor omzetgroei gedreven door positieve sentimenten over de economie. De effecten van aanhoudend lage rente en verkrappende ruimte tussen bied- en laatprijzen voor schuldpapier kunnen ervoor zorgen dat inkomsten uit vastrentende waarde op wat langere termijn de verwachte groei laten zien. Wij handhaven onze opinie Houden voor GOLDMAN SACHS en de waardering van het aandeel.
De rentabiliteit eigen vermogen kwam gemiddeld uit op 12,4% door een strenge kostenregie en relatief sterke inkomsten. Een kostenpost die de aandacht trok is de 43%-ratio voor bonussen tegen 44% in dezelfde periode in 2012 en 2011. Het lagere percentage is in onze ogen geen betrouwbaar cijfer voor het hele jaar of op langere termijn. In het verleden keerde de bank in het vierde kwartaal altijd afwijkende bonussen uit vergelijking met eerdere kwartalen.
Op lange termijn zal de competitieve omgeving primair de hoogte van de bonussen drijven. Zolang de economie niet is gestabiliseerd, wetgeving voor de financiële sector nog niet is afgerond en de financiële sector tijd heeft gekregen om zich aan te passen aan het nieuwe regime moet niet al teveel voorspellende waarde worden gehecht aan compensatieratios van grote zakenbanken in verhouding tot de genormaliseerde ratio voor de lange termijn.