Is er sprake van een omslag van het klimaat op de Europese obligatiemarkten? Het is nog wat vroeg om op deze vraag een positief antwoord te formuleren, maar er zijn alvast signalen die in de richting van een dergelijke evolutie wijzen. De beleggers stelden de afgelopen dagen namelijk hogere eisen aan de emittenten van obligaties alvorens ze bereid werden gevonden om hun geld aan deze toe te vertrouwen.
Na de zomervakantie, inmiddels is het schooljaar opnieuw in het lang en het breed begonnen, is ook de Europese primaire obligatiemarkt weer ontwaakt. Er zijn de afgelopen week heel wat bedrijven geld komen ophalen op de markt, maar ze hebben stuk voor stuk gemerkt dat het humeur van de beleggers veranderd is. Die wijziging van het humeur vertaalt zich in de eis voor een hogere vergoeding voor de te lopen risico’s. De rentevergoeding op obligaties nieuw aan de markt ligt met andere woorden een stuk hoger dan voordien het geval was.
Dat was bijvoorbeeld zo bij Jaguar Land Rover. De plaatsing van deze autogroep kon bezwaarlijk een succes worden genoemd. Wat Jaguar Land Rover overkwam, kan richtinggevend zijn voor de obligatiemarkt in de komende dagen. Nieuwe emittenten zijn met deze gewaarschuwd. De constructeur van luxewagens uit het bovenste segment van de markt moest tevreden zijn met een opbrengst van 500 miljoen euro voor haar emissie, waar voordien op 700 miljoen euro was gerekend.
Bovendien moest het bedrijf een hogere vergoeding betalen om de obligatie geplaatst te krijgen in de markt. Uiteindelijk bedroeg het rendement 4,50%, waar oorspronkelijk maar een coupon van 4% was aangekondigd. Dat verklaart waarschijnlijk ook waarom het bedrijf minder geld ophaalde.
Dichter bij huis is er een ook duidelijk voorbeeld van de hogere eisen die de beleggers stellen. 24 uur na Jaguar Land Rover kwam VGP (BR:VGP1) met een obligatie naar de markt. De Belgische specialist in semi-industrieel vastgoed slaagde er bij de vorige emissies moeiteloos om het geviseerde bedrag op te halen. Ditmaals was dat echter niet het geval. Bij de voorstelling van de nieuwe lening was gemikt op een bedrag van 175 tot 225 miljoen euro. Uiteindelijk slaagde VGP er in om maar 190 miljoen euro op te halen. Ook dit bedrijf stuitte dus op veeleisende beleggers.
Dat bleek eens te meer toen de obligatie in kwestie op de secundaire markt in de notering kwam. Het is volstrekt niet alledaags dat de koers van een obligatie verkrijgbaar in coupures van 1.000 euro in de eerste noteringen op de secundaire markt onder de emissieprijs dook. Wat VGP dus wel overkomen is.
Nog een derde voorbeeld: de nieuwe obligatie met een looptijd van de Franse energiereus Engie (PA:ENGIE) (ex - GDF Suez, ook met een notering op de Brusselse beurs), was in de eerste noteringen op de secundaire markt verkrijgbaar aan een koers van 99% van de nominale waarde.
Ook de spreads zijn toegenomen
Op hetzelfde moment stelden we ook een merkwaardige evolutie vast bij de spreads. De spreads die de emittenten moeten betalen boven de als risicovrij beschouwde beleggingen (de Duitse staatsobligaties of Bunds bijvoorbeeld) zijn eveneens gestegen.
Dat bleek onder andere bij de emissie van de obligatie van Saint Gobain (PA:SGOB). Deze Franse industriële groep haalde 500 miljoen euro op 10 jaar op. Om de plaatsing te doen slagen, moest het bedrijf een rendement van 1,94% voorstellen. Dat wil zeggen dat Saint Gobain maar liefst een premie ten opzichte van de referentierente van 102 basispunten betaalde. Bij de vorige plaatsing, Saint Gobain was ook in mei naar de obligatiemarkt gekomen, bedroeg die premie nog maar 62 basispunten.
Waarom is de trend op de markt omgeslagen ?
Belangrijk om te vermelden is dat deze omslag in het humeur van de beleggers op geen enkele manier met paniek in verband gebracht kan worden.
Volgens ons is er maar één oorzaak die kan ingeroepen worden: de vraag van de beleggers voor een hogere vergoeding. Die vraag moet bekeken worden tegen de achtergrond van een monetaire politiek die binnenkort minder soepel zal worden. De centrale banken zijn namelijk volop bezig hun steunmaatregelen in te trekken. In de Verenigde Staten was dat al langer het geval, maar ook de rest van de wereld zal nu volgen.
Tussen nu en het einde van dit jaar zal de Europese Centrale Bank naar verwachting stoppen met het op grote schaal inkopen van obligaties, zowel bedrijfs- als staatsobligaties.
Het programma ter ondersteuning van de economie loopt nu al meer dan 3 jaar, waarbij de ECB de politiek van Quantative Easening van de FED heeft gekopieerd. Bedoeling was om de economie van de eurozone te stimuleren, onder andere door het laten zakken van de rente. Zodat de bedrijven meer kredieten zouden opnemen.
Het klimaat op de obligatiemarkt is tegen de achtergrond van deze wijziging van de monetaire politiek nu aan het omslaan, op de eerste plaats wat bedrijfsobligatie betreft. Deze omslag vertaalt zich in een toename van de « spreads » zoals hierboven al werd aangegeven.
Is dit allemaal positief voor de obligatiebelegger ?
Wat wil dit zeggen voor de obligatiebelegger ? Die is jarenlang wanhopig op zoek geweest naar aantrekkelijke rendementen. Die rendementen kunnen nu als gevolg van de wijziging in de monetaire politiek van de ECB eindelijk weer aantrekken.
Oblis zal u uiteraard ook in de toekomst verder inlichten wat deze evolutie op de obligatiemarkt betreft.