Het pond sterling hield moedig stand toen de termijn van 29 maart voor Brexit naderde. Valutahandelaren hoopten dat de rede zou zegevieren en dat een lange overgangsperiode de uittreding van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie zou vergemakkelijken. Zelfs toen de termijn slechts twee weken werd verlengd tot 12 april, hielden traders het hoofd koel.
De daaropvolgende verlenging tot 31 oktober was echter een brug te ver. Naarmate de kans op een deal kleiner werd, bewoog sterling zich in een steeds lagere spiraal. En belangrijker, de zes maanden uitstel blijkt een langere tijdshorizon te zijn dan handelaren bereid zijn te accepteren. Het pond schommelt nu rond de 1,26 ten opzichte van de dollar, vergeleken met 1,32 in maart en 1,30 in april.
Eenzelfde scenario speelde zich af voor de euro. Ook deze valuta was relatief stabiel terwijl de markten wachtten op de uitslagen van de Europese Parlementsverkiezingen om te zien hoe het leiderschap van Europa zou worden herschikt. De gevreesde ruk naar rechts werd niet bewaarheid, maar de centrumrechtse en centrumlinkse blokken slaagden er ook niet in de meerderheid te krijgen die hen in staat zou stellen om de lakens uit te delen.
De koehandel over de vraag wie de belangrijkste voorzitter van de Europese Commissie zou worden, werd daardoor lastiger. Duidelijkheid over de leiderschapsposities, inclusief de nieuwe president van de Europese Centrale Bank en de Europese Raad, is er nog niet.
De eenheidsmunt is nu onder de 1,13 gedaald ten opzichte van de dollar, vergeleken met zijn hoogste punt over twaalf maanden van 1,18.
Kortom, de wijdverbreide politieke verlamming heeft geleid tot een situatie waarin beleggers moeten wachten op antwoorden op fundamentele vragen over de vraag waar twee van de belangrijkste valuta's ter wereld, het pond en de euro, heen gaan. Het is een politieke onzekerheid die de valutahandel tot een grotere uitdaging maakt dan gewoonlijk.
Intussen heeft president Donald Trump nieuwe tariefbedreigingen tegen China, de Europese Unie en Mexico in het leven geroepen. De onzekerheid door deze tarieven is positief voor de dollar, aangezien investeerders zich tot staatsobligaties richten als veilige toevluchtsoorden. Ze nemen zelfs niet de moeite om hun investering af te dekken, en daardoor stijgt de Amerikaanse munt. De USDollar Index ligt nu ruim boven de 97, vergeleken met een dieptepunt rond 93 afgelopen herfst.
Deze week neemt Trump zijn olifant-in-de-porseleinkast-tactiek mee naar Groot-Brittannië, waar zijn bevriende Brexiteers Boris Johnson en Nigel Farage hem graag horen zeggen dat een no-deal Brexit een goede zaak zou zijn. Sterker nog, het lijkt er steeds meer op dat Boris Johnson de Conservatieve Partij naar een hardere stellingname zal meenemen wat betreft de deadline in oktober en de no-deal Brexit.
De partijleden zijn overwegend euro-sceptisch en zullen het laatste woord hebben, maar hun stemming zal pas in de tweede helft van juli plaatsvinden. Dat zijn dus enkele lange weken voor een valutamarkt die een no-deal Brexit in het pond zal gaan prijzen.
De Europese Unie is hoe dan ook niet in de positie om terug te komen op haar standpunt dat zij geen verdere inhoudelijke wijzigingen zal aanbrengen in de overeenkomst die door vertrekkende premier Theresa May is gesloten. De Duitse bondskanselier Angela Merkel heeft haar zin gekregen om het beleid en het personeel van de EU te dicteren, maar het slechte optreden van de belangrijkste Duitse partijen bij de Europese verkiezingen gooit roet in het eten. Niet alleen staat ze zwakker met haar voorkeurskandidaat voor de functie van voorzitter van de Commissie, Manfred Weber van de Beierse christendemocratische vleugel, maar ook is er onrust in de sociaaldemocratische partij en de grote coalitieregering.
De Franse president Emmanuel Macron vecht ondertussen tegen de verankering van het spitzenkandidat-model voor de keuze van de voorzitter van de commissie. Dit Duitse woord verwijst naar de aanwijzing van een kandidaat in elk van de Europese politieke partijen als een EU-brede vaandeldrager, waarbij de spitzenkandidat van de groep automatisch de meeste stemmen krijgt als voorzitter van de commissie. Macron is hierop tegen en zegt dat volgens de afspraken de nationale leiders deze beslissing mogen nemen.
De eerste en misschien enige keer dat dit model werd gebruikt was bij de Europese verkiezingen van 2014, toen Jean-Claude Juncker de Europese Volkspartij (EPP) naar de overwinning leidde en zich instelde als de hoogste uitvoerende macht van de EU. Macron stelt dat deze methode nooit veel geloofwaardigheid heeft gehad, en nu al helemaal niet, gezien de relatief zwakke prestatie van de EPP in de verkiezingen van dit jaar.
De Deense Margrethe Vestager, de huidige EU-commissaris voor mededinging die beroemd is geworden door het opleggen van hoge boetes aan Apple (NASDAQ:AAPL) en Google (NASDAQ:GOOGL), kan een sterke kandidaat zijn voor de topcommissiepost. Zij behoort tot dezelfde Alliantie van Liberalen en Democraten (ALDE) als Macron's Republique en Marche partij en kan zijn steun krijgen om de eerste vrouwelijke voorzitter van de commissie te worden. ALDE heeft geen enkele spitzenkandidaat bij de verkiezingen genoemd, maar in plaats daarvan een team van zeven personen, waaronder Vestager.
Als Vestager - of iemand anders – Merkels favoriet Manfred Weber uit het veld kan stoten, dan komt de weg vrij voor de Duitse president van de centrale bank, Jens Weidmann, om de Italiaanse Mario Draghi op te volgen als voorzitter van de Europese Centrale Bank. Het resultaat van de ene opvolging is dus belangrijk voor het Europees monetair beleid bij de andere instantie.
De weg naar het ECB-voorzitterschap leek voor Weidmann gesloten zolang Weber het commissievoorzitterschap zou kunnen krijgen. Als Weber die baan niet krijgt, zal het moeilijk zijn om Duitsland en Weidmann de ECB-post te ontzeggen.
Weidmann heeft zich altijd verzet tegen het voorzichtige beleid van Draghi, zoals de lage rentetarieven en het ECB-programma voor de aankoop van activa. Zijn opvolging bij de ECB zou het beeld voor valutahandelaren veranderen, maar in welke richting het zou gaan, zou afhangen van de verwachte beslissingen van de voorzitter. Het is de vraag hoe de relatieve inflexibiliteit van de Duitser het monetaire beleid van de eurozone zou beïnvloeden.
De huidige voorzitter van de Europese Raad, Donald Tusk, hoopt de koehandel voor de topfuncties tegen het einde van deze maand af te ronden. Gezien de wrijvingen is dat misschien optimistisch, en meer limbo is dan ook te verwachten in de valutamarkt.