Recordstanden
Begin deze week bereikte de Philadelphia Semiconductor Index zijn hoogste stand ooit. Met 1589 punten stond de graadmeter voor de halfgeleiderindustrie 35 procent hoger dan aan het begin van het jaar. Sinds de bodem van kerstavond is de index zelfs met 48 procent in waarde toegenomen. De halfgeleiderindex bestaat uit 30 bedrijven die zich bezig houden met het ontwerpen, produceren, distribueren en verkopen van computerchips. Bekende namen als Intel (NASDAQ:INTC), Qualcomm (NASDAQ:QCOM), Texas Instruments (NASDAQ:TXN), TSMC (TW:1310), maar ook ASML (AS:ASML) en NXP (NASDAQ:NXPI) maken deel uit van deze index.
Indicator
Waarom deze aandacht voor genoemde index? De index is niet alleen van belang voor beleggers in bedrijven actief in deze sector, maar ook voor beleggers in het algemeen. De halfgeleiderindex geldt namelijk als een goede indicator voor de bredere indices en voor de economie als geheel. Zo lopen koersen van halfgeleiders normaal een paar maanden vooruit op de ontwikkelingen in de rest van de markt. Zo bereikten de halfgeleiders hun top in 2018 reeds in maart. Na de zomer begon ook de rest van de markt te dalen. Er werd een economische groeivertraging in de winter ingeprijsd. Die groeivertraging volgde daadwerkelijk.
Optimisme
Een aantal chipproducenten gaven begin dit jaar echter al weer optimistische verwachtingen af voor de rest van 2019 en mede met een helpende hand van de centrale banken begonnen de koersen al weer op te lopen. Terwijl de economische indicatoren verder verslechterden stegen de koersen van de halfgeleiderindex al weer met 35 procent. De dip zou naar verwachting slechts van korte duur zijn en een herstel in de tweede helft van dit jaar werd breed ingeprijsd. De krimp kwam volledig voor rekening van chips die worden gebruikt om data op te slaan, na een spectaculaire groei de afgelopen jaren.
Robotica en AI
Internet en smartphones hebben gezorgd voor een revolutie in het landschap voor consumenten met spectaculaire ontwikkelingen als online winkelen en social media. Maar robotica, het internet-of-things, cloud computing, kunstmatige intelligentie en 5G zullen de komende jaren zorgen voor meer disruptie. Volgens onderzoeksbureau Gartner zal het aantal verbonden apparaten de komende twee jaar verdubbelen. Die genereren allemaal data die moet worden opgeslagen op geheugenchips en verwerkt door processoren. Voor kunstmatige intelligentie is veel rekenkracht nodig, iets wat semiconductors moeten leveren. En ook robots en autonoom rijdende auto’s zitten vol met chips.
Dip van korte duur?
De dip in de vraag naar halfgeleiders die eind vorig jaar inzette zal naar verwachting dus van korte duur zijn. Bovengenoemde ontwikkelingen zullen de halfgeleiderindustrie een boost gaan geven. Maar recente cijfers van grootmachten als Intel en Samsung (LON:0593xq) zorgen er op zijn minst voor dat beleggers hier en daar hun wenkbrauwen fronsten. Zo vielen de resultaten van gigant Intel ronduit tegen. Belangrijk was vooral de mededeling dat de dip in de vraag naar datacenterchips wel eens langer kan gaan duren dan eerder voorzien. Ook blijkt de concurrentie in de markt voor geheugenchips moordend. Iets wat ook blijkt uit de cijfers die Samsung recent rapporteerde. De afname in de groei voor geheugenchips deden de Zuid-Koreaanse producent besluiten om de komende jaren fors te gaan investeren in rekenchips. Samen met TSMC beschikt Samsung over de meest geavanceerde technologie om de 7-nanometer chips te produceren noodzakelijk voor 5G.
Grote hoogten…..
Inmiddels is de halfgeleiderindex gestegen naar grote hoogten, meer dan 13 procent boven de stand van september. Andere indices als de S&P 500 en de AEX worstelen momenteel nog met deze niveaus. Zouden de halfgeleiders inmiddels niet iets te veel op wel heel erg mooie muziek zijn vooruitgelopen? De waarschuwende woorden van bedrijven als Intel en Samsung zouden door beleggers niet meteen in de wind geslagen moeten worden. Natuurlijk, er ligt een gouden toekomst in het verschiet voor chipproducenten. Maar misschien ligt die toekomst iets verder weg dan eerder voorzien? En waren beleggers de afgelopen maanden iets te optimistisch?