Meestal wanneer de beleidsmakers van de Europese Centrale Bank (ECB) bijeenkomen, daalt de euro. De kans dat de eenheidsmunt die trend morgen breekt, wordt echter steeds groter. De belangrijkste reden hiervoor is dat president Mario Draghi en de rest van de raad van bestuur van de bank het uiterst pessimistische scenario, al tot uiting gekomen in de valuta- en schuldenmarkten, nauwelijks kunnen overtreffen.
Rendementen op Duitse 10 jaarsobligaties, de richtlijn voor veilige activa van de eurozone, bereikten gisteren een dieptepunt van -0,22%, terwijl die op Portugese en Griekse equivalenten eveneens een dieptepunt bereiken. De beruchte '5Y5Y-inflation-swap,’ de maatstaf voor de ECB om haar inflatieverwachtingen te bepalen, daalde gisteren tot binnen 3 basispunten van het historisch dieptepunt van 1,25%.
De euro zelf heeft de afgelopen weken geflirt met een tweejarig dieptepunt ten opzichte van de dollar. En de meest recente bedrijfsenquêtes - vooral in Duitsland, de grootste economie van de regio - geven aan dat de beter dan verwachte groei in het eerste kwartaal een korte uitzondering kan zijn geweest.
Verwacht wordt dat de ECB haar officiële rentetarieven niet tijdens de vergadering in de Litouwse hoofdstad Vilnius zal wijzigen. De bank staat echter onder druk om iets te doen om de gevolgen van een verergerde handelsoorlog tussen de VS en China te verzachten, een crisis die ze al heeft geïdentificeerd als het grootste risico voor de economie van de regio.
Een gemakkelijke optie om het monetaire beleid te versoepelen zou zijn om na het einde van dit jaar, de vroegste datum voor de eerste renteverhoging van de cyclus (ten minste tot maart 2020, zegt Nordea-hoofdanalist Jan von Gerich), de verlaging in te zetten. De tweede optie is het vooraf aankondigen van de voorwaarden van de nieuwe "gerichte lange-termijn herfinancieringstransacties" (TLTRO's) van de ECB, die in september van start moeten gaan.
In haar laatste ronde van TLTRO's heeft de ECB nationale banken gestimuleerd om leningen te verstrekken aan de reële economie door de rente die zij aanrekent te koppelen aan het bedrag van de nieuwe leningen die door de banken worden verstrekt. Een soortgelijk mechanisme zou de effectieve rente op de nieuwe TLTRO's zo laag kunnen houden als de -0,4% depositorente van de ECB, aldus ABN Amro (AS:ABNd)'s belangrijkste financiële analist Nick Kounis. Het zou gezien kunnen worden als een kredietverruiming, zeggen analisten van Morgan Stanley eveneens.
Het is echter niet duidelijk dat de centrale bank zo genereus zal willen zijn, en zo snel al. De verslagen van de laatste ECB-vergadering suggereerden dat er nog geen overeenstemming bestond over de vraag, waarvoor de TLTRO's moesten worden gebruikt. Moeten ze ingezet worden om het beleid te versoepelen, of gewoon om een backstop te bieden aan banken die worstelen om te voldoen aan een relatief nieuwe regel inzake minimumliquiditeitsniveaus? Daarnaast is het interne onderzoek naar de neveneffecten van negatieve ECB-tarieven op de financiële sector nog niet afgerond. Carsten Brzeski van ING (AS:INGA) wijst er echter al wel op dat de banken het volgens de Bank Lending Survey van april vrij goed deden – iets dat spreekt vóór verdere versoepeling.
De ECB zou een argument voor het versoepelen van haar beleid kunnen creëren door haar groei- en inflatieprognoses voor de komende twee jaar opnieuw te herzien. De groeiverwachting voor 2019 is echter in maart al verlaagd van 1,7% naar 1,1%, en een andere grote herziening zou controversieel kunnen zijn. Deze zou namelijk vooral gebaseerd zijn op aannames over het handelsconflict tussen de VS en China, en dat zou neerkomen op giswerk. Het is onwaarschijnlijk dat de nieuwe hoofdeconoom van de ECB, de Ier Philip Lane, op die manier te werk zal willen gaan.
Hoe dan ook zal er verzet zijn tegen nieuwe pogingen om het beleid te versoepelen. De president van de Deutsche Bundesbank, Jens Weidmann, zei twee weken geleden dat hij geen reden zag om het beleid te veranderen. Het eerste kwartaals-bbp van de eurozone was immers boven verwachting, met een fatsoenlijke 0,4%.
"Het risico bestaat dat de ECB niet zo positief is als de markt verwacht," aldus Jane Foley, valuta-analist van de Rabobank.
"Hoewel dit de EUR op korte termijn zou kunnen doen stijgen, zullen de negatieve gevolgen voor de groei in de eurozone de vooruitzichten voor de EUR op middellange termijn waarschijnlijk vertroebelen en het opwaartse potentieel voor EUR/USD tot 2020 en daarna beperken.”