Heel wat beleggers hebben in september (2023) via de eenjarige staatsbon geld uitgeleend aan de Belgische overheid. Zo'n korte looptijd is eerder uitzonderlijk. Meestal schommelt die tussen 5 à 10 jaar. Al kan de looptijd daar soms ook een veelvoud van zijn. Zo heeft het Agentschap van de Schuld in 2021 staatsobligaties uitgegeven met een looptijd van maar liefst 50 jaar.
De Belgische overheid kon drie jaar geleden 6,66 miljard euro ophalen met de uitgifte van 50-jarige staatsobligaties. Beleggers die daar op intekenden, krijgen een jaarlijkse coupon van 0,65%. We mogen niet vergeten dat de Europese Centrale Bank (ECB) toen nog een soepel geldbeleid voerde. De beleidsrente bedroeg toen -0,5%. Intussen is die gestegen tot 4%.
Lage coupon?
Een coupon van 0,65 procent oogt niet bijzonder aantrekkelijk. Maar de lange looptijd van het schuldpapier betekent dat de obligatie extra gevoelig is aan de renteontwikkelingen.
Door de renteverhogingen van de voorbije jaren, noteert de obligatie momenteel (fors) onder pari. De koers kan opnieuw stijgen zodra de centrale banken het geldbeleid versoepelen, wat de meerwaarde voor de obligatiehouder een boost zal geven. Het omgekeerde kan natuurlijk ook gebeuren: als de rente langer dan verwacht op het huidige niveau blijft, of zelfs verder stijgt, kan de koers verder onder druk komen te staan.
In datzelfde jaar heeft ook Duitsland - de grootste economie van de eurozone - een langlopende staatsobligatie (30 jaar) op de markt gebracht. Wie toen geld uitleende aan de staat, kreeg daar geen vergoeding voor. Ook Oostenrijk bracht drie jaar geleden staatspapier met een looptijd van 50 jaar op de markt. De coupon ligt met 0,7% iets hoger dan die van de Belgische staatsobligatie. Beide obligaties noteren, net als hun Belgische tegenhanger, fors onder pari en zijn te koop op de secundaire markt.
Bovendien betalen Belgische ingezetenen die natuurlijke personen zijn, momenteel geen belasting op de meerwaarden bij verkoop of op vervaldag, wat deze obligaties vanuit fiscaal oogpunt interessant maakt.
Wat zeggen de kredietbeoordelaars?
Hoe veilig is een belegging in de Belgische staatsbon? Ons land krijgt van de kredietbeoordelaars S&P en Fitch een AA-rating. Dat laatste ratingbureau liet onlangs wel weten dat de vooruitzichten negatief zijn. Fitch maakt zich in het bijzonder zorgen over de overheidsschuld. Er wordt gevreesd dat die op middellange termijn zal stijgen. Momenteel bedraagt de schuldgraad 105,2 procent (2023)1 van het bruto binnenlands product (bbp). Volgens de zogenaamde Maastrichtnormen mag die niet meer bedragen dan 60%. Ook onze begroting is met een tekort van 4,6 procent niet naar wens. Dat is 1,6 procentpunt meer dan wat de Maastrichtnormen toelaten.
Door de opeenvolging van crisissen pastte de Europese Commissie die normen minder strikt toe, maar daar komt binnenkort verandering in. Fitch verwacht dat de Europese Commissie België dit jaar op het strafbankje zet omdat ons land te weinig maatregelen neemt om de overheidsfinanciën weer gezond te maken.