Het aantal nieuwe wekelijkse steunaanvragen in de Verenigde Staten is met 230.000 aanzienlijk hoger dan de verwachte 200.000 aanvragen. Een week daarvoor lag het cijfer nog op 207.000. Het aantal verlengde steunaanvragen daalde wel met 194.000 en kwam daarmee in de week eindigend op 1 januari uit op 1,559 miljoen. Vorige week vrijdag viel de groei van het aantal nieuwe banen met 199.000 ook al fors tegen. Er werd op meer dan het dubbele aantal gerekend.
Amerikaanse banenmarkt in perspectief
Om de ontwikkelingen op de Amerikaanse arbeidsmarkt beter te begrijpen, is het van belang om de cijfers in perspectief te plaatsen. In 2019, het jaar voor het uitbreken van de pandemie, lagen de gemiddelde wekelijkse steunaanvragen op 220.000. In de eerste weken van december van vorig jaar kwam het aantal wekelijkse aanvragen uit op minder dan 190.000, het laagste aantal sinds 1969. De onderliggende trend is nog steeds dalend. Economen verwachten dat aan het einde van deze maand het aantal aanvragen weer zal gaan dalen.
Het huidige aantal verlengde steunaanvragen, dit betreft Amerikanen die een beroep kunnen doen op hun werkloosheidsverzekering, is gedaald naar het laagste niveau sinds 1973. Om het totaal aantal banen op het pre-corona niveau van 152,5 miljoen te krijgen (volledige werkgelegenheid) moeten er nog ongeveer 3,7 miljoen banen bijkomen. Het totaal aantal banen in december kwam uit op 148,8 miljoen. Gedurende de periode van de pandemie is het Amerikaanse arbeidspotentieel met 2 miljoen afgenomen als gevolg van onder andere pensionering. Dit betekent dat de banenmarkt nog slechts 1,7 miljoen banen verwijderd is van volledig werkgelegenheid.
De huidige Fed-voorzitter Jerome Powell verklaarde eerder deze week voor de Banken Commissie van de Senaat, om zijn herbenoeming te bekrachtigen, dat het nu van belang is om de inflatie te beteugelen. Als de inflatie verder oploopt dan zal de centrale bank harder moeten ingrijpen met als mogelijke uitkomst een economische recessie. Jerome Powell probeert dit scenario te vermijden omdat anders de volledige werkgelegenheidsdoelstelling in gevaar zal komen.
Voorzitter van de Chicago Fed, Charles Evans, heeft gisteren tijdens een paneldiscussie aangegeven dat hij verrast was door de hoge inflatie en dat het huidige monetaire beleid van de Fed te ruim is om de inflatie te kunnen bestrijden (the Fed is behind the curve). Het monetaire beleid zal dus moeten verschuiven van accommoderend naar neutraal. Evans schat in dat vooralsnog drie renteverhogingen dit jaar voldoende zullen blijken te zijn omdat hij verwacht dat de inflatie zal dalen tot 2,5 procent ultimo 2022.
De Fed zal met het nodige kunst- en vliegwerk proberen om de Amerikaanse economie zacht te laten landen.
Het cijferseizoen barst los
Vandaag trappen vier grote Amerikaanse zakenbanken het cijferseizoen af. Analisten verwachten dat de Amerikaanse multinationals een gezonde winstgroei laten zien ondanks de tegenwind van de hoge inflatie, stijgende loonkosten en verstoringen in de toeleveringsketens. De door FactSet geraadpleegde analisten verwachten voor de S&P 500 bedrijven een gemiddelde winstgroei van 22 procent in het laatste kwartaal van 2021 op jaarbasis. In het kwartaal daarvoor lag de winst maar liefst 40 procent hoger dan dezelfde periode een jaar eerder.
De S&P 500 index is nu gewaardeerd op 21 keer de verwachte winst van de komende 12 maanden. Vorig jaar lag deze waardering nog op 23 keer de verwachte winst voor 2021. Toevallig of niet maar de S&P 500 index sloot vorig jaar 23 procent hoger. De lagere huidige waardering van de S&P 500 index ten opzichte van een jaar geleden heeft te maken met de gestegen kapitaalmarktrente. Een jaar geleden stond de 10 jaarsrente op Amerikaans staatspapier op slechts 1 procent.