Vandaag spreekt de Fed-voorzitter Jerome Powell op het Spelman College in Atlanta. Beleggers zijn benieuwd of de monetaire beleidsbepalers klaar zijn met de renteverhogingen zonder een slag om de arm te houden. De laatste inflatiecijfers geven hiertoe echter wel aanleiding.
Personal Consumption Expenditures Price Index (PCE-index)
Het Amerikaanse ministerie van Handel publiceerde gistermiddag de PCE-indices. De algemene inflatie is gedaald van 3,4 naar 3,0 procent op jaarbasis. De kerninflatie (exclusief voeding en energie) daalde van 3,7 naar 3,5 procent. Op maandbasis stegen de kernprijzen met 0,2 procent in de maand oktober. In september was er nog sprake van een stijging van 0,3 procent. Deze uitkomsten waren in lijn met de verwachtingen van analisten. Voor de monetaire beleidsbepalers is de ontwikkeling van de kern PCE-inflatie de belangrijkste indicator. Het is daarom van belang om verder in te zoomen op de onderliggende prijsontwikkelingen. De energieprijzen daalden met 2,6 procent en de prijzen van voedsel stegen met 0,2 procent. De consumptiegoederen lieten een daling zien van 0,3 procent maar de kosten van de dienstverlening lieten daarentegen een stijging van 0,2 procent zien. De stijging van de kosten in de dienstensector is voornamelijk toe te schrijven aan de gestegen prijzen voor internationale reizen en accommodaties, de duurdere gezondheidszorg en hogere kosten voor het bereiden en bezorgen van maaltijden.
De ontwikkelingen van de woonlasten lopen met vertraging achter de economische activiteiten aan. De kerninflatie, zonder rekening te houden met de woonlasten, daalde van 0,45 naar 0,15 procent in oktober. Dit betekent dat per saldo de prijzen van consumptiegoederen en de kosten van dienstverlening aan het stabiliseren zijn.
Het krappe monetaire beleid van de Fed lijkt vooralsnog zijn vruchten af te werpen. Volgens het Beige Book laat de Amerikaanse economie een bescheiden groei zien, zit de inflatie in een dalende trend en koelt de arbeidsmarkt af. Voor Jerome Powell weinig redenen om nog een slag om de arm te houden ten aanzien van een eventuele renteverhoging in de nabije toekomst.
Oliekartel
De leden en bondgenoten van het Oliekartel OPEC zijn niet gebonden aan een verplichte productievermindering. Er is een soort “gentlemen’s agreement” gesloten om de productie verder te verlagen tot wel 2,2 miljoen vaten per dag. Als onderdeel van deze deal zal Saoedi-Arabië de huidige productieverlaging van 1 miljoen vaten verlengen tot eind maart 2024 en Rusland verlaagt vanaf 1 januari tot eind maart de productie met 500.000 vaten per dag.
Verder maakte de OPEC bekend dat Brazilië zich vanaf volgend jaar zal aansluiten bij het oliekartel. Oliehandelaren hadden moeite met het interpreteren van de uitkomsten van de vergadering. Er is geen bindende productieverlaging afgesproken. Volgens ingewijden gaat Brazilië voor de toetreding zijn productie verhogen tot 3,8 miljoen vaten per dag. Bovendien moet een aantal leden nog laten weten hoeveel productievermindering zij voor hun rekening nemen.
De olieprijs steeg eerst met anderhalf procent om vervolgens tweeënhalf procent lager te sluiten.
Op winst
De maand november is voor de aandelenbeurzen bijzonder goed verlopen als gevolg van de afnemende inflatiedruk. De toonaangevende S&P 500 index sloot bijna 10 procent hoger. Gisteren sloot de AEX-index de maand november af met een plus van 6,5 procent. Vanochtend zijn de Europese beurzen goed aan de laatste maand van het jaar begonnen. Rond het middaguur stonden vrijwel alle aandelenmarkten ruim in de plus.
Hopelijk kan de toespraak van Powell later deze dag de financiële markten nog een zetje in de rug geven.