We zagen mooie groene borden gisteravond in de Verenigde Staten en vanmorgen in Azië en Europa. De aandelen stegen en de rentes daalden. De reden hiervoor is het inflatiecijfer dat dinsdag in de Verenigde Staten bekend werd gemaakt. Veel beleggers denken dat met dit cijfer de inflatie het hoogste punt bereikt heeft, ‘peak inflation’ zoals de Amerikanen dat noemen. Vooral het feit dat de kerninflatie lager was, geeft beleggers dit gevoel van een gepiekt inflatiecijfer. De lagere kerninflatie, waar de energieprijzen buiten gelaten zijn, was voornamelijk het gevolg van de lagere prijzen van tweedehands auto’s. Deze daalden met 3,8 procent. Het waren voornamelijk deze prijzen van tweedehands auto’s die de kerninflatie eerder deden oplopen in de Verenigde Staten.
Een andere stimulans voor de hogere aandelenkoersen van gisteren en vandaag, waren uitspraken van de Chinese centrale bank. The People’s Bank of China gaf aan te willen gaan verruimen om de Chinese economie uit het slop te trekken. De centrale bank gaf aan dat Chinese banken de reserves die ze moeten aanhouden bij de centrale bank mogen verlagen. De laatste keer dat dit plaatsvond in China was in 2009. Dit was toen de start van het wereldwijde economische herstel uit de kredietcrisis.
Mede dankzij deze ontwikkelingen is het toch interessant wat de voorzitter van de Europese Centrale Bank Christine Lagarde, die recentelijk positief werd getest op het coronavirus, vandaag zal zeggen over het stoppen van de opkoopprogramma’s en het verhogen van de rente. Vrijwel de gehele markt gaat ervan uit dat de bijeenkomst vandaag van de ECB een non-event zal zijn omdat er geen besluiten genomen zullen worden. Maar wellicht maakt ze door de laatste ontwikkelingen de eerder benoemde plannen concreter of heeft ze nieuwe aanvullingen op het formele standpunt van de ECB. Een ECB overigens, waar de gematigde duiven (Zuid-Europese landen) steeds meer lijnrecht tegenover de hardliners (haviken, voornamelijk de Noord-Europese landen) komen te staan.
Het is de vraag of uit haar speech afgeleid zal kunnen worden of de ECB dit jaar nog de rente zal verhogen. Er zijn twee stapjes van 0,25 procent ingeprijsd. Maar de ECB ziet de noodzaak nog niet omdat er geen loon-prijsspiraal zichtbaar is in de Europese Unie. Bovendien hanteert men nog immer de stelling dat de inflatie tijdelijk is. Want ook als de prijzen van olie en gas even duur blijven als thans, dan zal de inflatie na de zomer fors gaan dalen. Dit komt omdat het inflatiecijfer een weergave is van een prijsstijging. Aangezien de energieprijzen vorig jaar september al flink begonnen op te lopen, zal er een bij een jaar-op-jaar vergelijking dit jaar vrijwel geen stijging te zien zijn en derhalve ook geen inflatie. Mochten de energieprijzen deze zomer dalen, dan is volgens ons CBS zelfs een tijdelijke deflatie mogelijk. Volgens de hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen van het CBS in Het Financieele Dagblad van 7 april zijn de energieprijzen nu ruim tweeënhalf keer zo hoog als een jaar geleden. Om het huidige inflatieniveau vol te houden, moeten die prijzen dus weer tweeënhalf keer zo hoog uitvallen. Dit lijkt niet heel waarschijnlijk (of er moet alsnog een algehele boycot komen in Europa van Russisch gas), en dus kan het haast niet anders of de inflatie gaat weer dalen. De geldontwaarding voor 2023 valt dan veel gunstiger uit dan nu wordt aangenomen. De ECB zal dus zeer voorzichtig moeten zijn met het verhogen van de rente, welke nu verwacht wordt in het laatste kwartaal van dit jaar. Een hogere rente zorgt voor hogere lasten bij de burgers en voor lagere huizenprijzen en dus voor vermogensverlies. Dit zou een extra klap zijn voor de huishoudens die toch al een fors koopkrachtverlies ondervinden vanwege de hoge energieprijzen en andere levensbehoeften die in prijs zijn gestegen. Bovendien zal de ECB ook rekening willen houden met de gevolgen voor de Europese economie van de oorlog in Oekraïne. En nieuwe economische prognoses zijn vandaag nog niet voorhanden.