Gisteren publiceerde het oliekartel OPEC het maandrapport. De groeiverwachtingen voor zowel de Amerikaanse als de mondiale economie zijn naar boven bijgesteld. Een aantal weken geleden is de groei van de Amerikaanse economie in het tweede kwartaal verhoogd van de voorlopige raming van 2 procent naar 2,4 procent groei op jaarbasis. In het verlengde hiervan heeft het kartel de groeiverwachtingen voor de Amerikaanse economie voor dit jaar opgetrokken van 1,4 naar 1,8 procent. Ook voor de mondiale economie is de groeiverwachting fractioneel verhoogd van 2,6 naar 2,7 procent. Hierbij is uiteraard rekening gehouden met de kwakkelende Chinese economie.
Ondanks de verbeterde groeivooruitzichten verwacht het oliekartel nog steeds dat de olievraag dit jaar met 2,4 miljoen vaten per dag zal stijgen. De landen die geen deel uitmaken van de OPEC zullen naar verwachting 1,5 miljoen vaten hiervan voor hun rekening nemen. Om de olieprijs verder te ondersteunen liet Saoedi-Arabië eerder deze week doorschemeren dat de huidige productiebeperking van 1 miljoen vaten per dag ook de komende maand in stand te willen houden.
De eenzijdige productiebeperking door de Saoediërs en de beter dan verwachte economische groei in Amerika hebben ervoor gezorgd dat de olieprijs de afgelopen drie maanden met bijna 25 procent is gestegen. Deze week bereikte de West Texas Intermediate (WTI), de Amerikaanse olieprijs, de hoogste stand van dit jaar op ruim 84 dollar per vat.
Amerikaanse inflatiecijfers
Gisteren publiceerde het Amerikaanse ministerie van Arbeid de maandelijkse consumentenprijsindices (CPI) over de maand juli. Ten opzichte van de maand juni steeg zowel de algemene als de kerninflatie met 0,2 procent. Op jaarbasis steeg de algemene inflatie weliswaar van 3 naar 3,2 procent maar bleef onder de verwachte 3,3 procent. De kerninflatie daalde conform de verwachtingen van 4,8 naar 4,7 procent in vergelijking met een jaar geleden.
De huisvestingskosten wegen voor ongeveer een derde mee in de inflatiecijfers. Op jaarbasis stegen deze kosten met 7,7 procent en in de maand juli was er sprake van een stijging van 0,4 procent.
Van de opgelopen inflatie in de maand juli komt meer dan 90 procent voor rekening van de huisvestingskosten. Dalingen van de woonlasten komen met vertragingen door in de inflatiecijfers zoals bijvoorbeeld de huurprijzen. Als de huisvestingskosten in de maand juli buiten beschouwing worden gelaten dan is de inflatie vlak.
Monetair beleid
De gunstige ontwikkelingen van de inflatiecijfers verlaagd de druk op de Amerikaanse centrale bank (Fed) om de rente verder te verhogen. Afgelopen dinsdag gaf Philadelphia Fed voorzitter, Patrick Harker, in een interview aan hoe het monetaire beleid er de komende maanden naar verwachting uit komt te zien. Als blijkt dat de komende weken geen zorgwekkende economische data worden gepubliceerd dan is de centrale bank op het punt aangekomen om geduld te betrachten en de rentes voorlopig stabiel te houden.
De kwakkelende Chinese economie zorgt ervoor dat niet alleen de grondstofprijzen maar ook de consumentenprijzen dalen. Dit is gunstig voor de mondiale inflatieontwikkelingen en geeft de centrale banken de ruimte om voorlopig een pas op de plaats te maken. Hierbij moet overigens wel een kanttekening geplaatst worden. De stijging van de olieprijs in de afgelopen maanden zou mogelijk tot gevolg kunnen hebben dat de inflatie deze maand iets kan oplopen.
Dat de stijgende energiekosten een monetaire spelbreker gaan worden, lijkt echter onwaarschijnlijk.