De één zijn dood, is de ander zijn brood. Als gevolg van de verdachtmakingen rond het Chinese technologieconcern Huawei, er zou met de apparatuur gespioneerd worden, kiezen veel telecombedrijven en overheden de laatste tijd voor een alternatieve partner voor de uitrol van het supersnelle 5G mobiele internet. Voorheen was Huawei voor de uitrol van de volgende generatie van draadloze technologie de meest logische keus. Het bedrijf is de grootste ter wereld, het verst met de technologische ontwikkelingen op het gebied van 5G en is bovendien ook nog eens de goedkoopste aanbieder. Maar tegenwoordig wordt er, onder druk van de Verenigde Staten, regelmatig voor een Europese aanbieder gekozen. Dat zijn er twee: het Zweedse Ericsson (ST:ERICb) en het Finse Nokia (HE:NOKIA).
Vooral Nokia is runner up de laatste maanden. Sinds maart sloot het Finse bedrijf elke week een contract voor de uitrol van 5G, waarmee het aantal dit jaar totaal uitkomt op 42 contracten wereldwijd. Hiermee steekt het Huawei, dat dit jaar ook 42 contracten afsloot, naar de kroon. Tot vandaag dan. Want zojuist werd bekend gemaakt dat tijdens het staatsbezoek van de Chinese leider Xi Jinping aan Rusland, de Russen hebben besloten om de uitrol van hun 5G-netwerk te gunnen aan Huawei. Hiermee komt Huawei op 43 deals.
De dreiging dat Japanse en Europese veiligheidsdiensten uitgesloten zouden gaan worden van ‘intelligence’ van de Amerikaanse veiligheidsdiensten, deed menige regering en telecombedrijf al twijfelen over Huawei als leverancier. Maar nu over 3 maanden Huawei geen componenten en halffabricaten meer geleverd zal krijgen van haar toeleveranciers dankzij het Witte Huis, is de continuïteit van Huawei niet langer gewaarborgd. Aangezien 5G één van de belangrijkste infrastructurele pijlers vormt en een samenwerking voor vele jaren aangegaan wordt, is continuïteit een zeer belangrijke voorwaarde.
Wereldwijd flink minder halfgeleiders verkocht
Menige chipfabrikant deed al een omzetwaarschuwing de deur uit de afgelopen maanden. Vooral in de eerste helft van 2019 zou de verkoop van halfgeleiders flink dalen. Maar het zou slechts een tijdelijk fenomeen zijn. In de tweede helft van dit jaar zouden de verkopen weer aantrekken. Dit herstel lijkt nu met een half jaar te vertragen. Althans, dat beweert het overkoepelende orgaan van chipbedrijven het World Semiconductor Trade Statistics (WSTS). Gisteren maakte het de voorjaarsraming bekend.
Volgens het WSTS zal de omzet in halfgeleiders dit jaar met 12,1% krimpen naar 412 miljard dollar. De krimp zit vooral in het deelsegment geheugenchips. Intel (NASDAQ:INTC) is een belangrijke producent van dit soort chips. In dit segment zal bijna 30,6% minder verkocht worden dit jaar. De verkopen in de segmenten analoge chips en rekenchips (gemaakt door onder andere NXP Semiconductors (NASDAQ:NXPI)) dalen veel minder sterk met respectievelijk 5,0 en 4,0% krimp. Vooral de vraag naar rekenchips blijft dus redelijk op peil. Dit heeft natuurlijk te maken met de startende uitrol van 5G en de ontwikkeling van autonoom rijdende auto’s.
Het herstel is wel aanstaande volgens het WSTS. Volgend jaar kan de sector een groei tegemoetzien van 5,4%. Omdat de verkopen in het deelsegment geheugenchips dit jaar het meeste dalen, zullen deze volgend jaar ook het sterkste herstel laten zien.