Akkoord van Parijs
In 2015 werd het klimaatakkoord gepresenteerd op de klimaatconferentie van Parijs. Daarin werd onder meer het streven vastgelegd om de opwarming van de aarde beperkt te houden. Er moest snel een eind komen aan het gebruik van fossiele brandstoffen, aangezien dit als een belangrijke oorzaak werd gezien van de overmatige CO2-uitstoot. Ieder deelnemend land kon vervolgens zelf zijn klimaatdoelstellingen bepalen. Zo streeft Nederland naar een reductie van broeikasgassen van 49 procent ten opzichte van 1990.
Energietransitie
De transitie van een wereld afhankelijk van fossiele brandstoffen naar het gebruik van hernieuwbare energiebronnen kreeg nog meer momentum. De investeringen in windturbines, zonnepanelen en elektrische auto’s werden verder opgevoerd. Met deze investeringen waren duizenden miljarden gemoeid. Men was het er wel over eens dat er geen weg terug meer was. Een wereld verslaafd aan fossiele brandstoffen moest in enkele tientallen jaren een volledig ander aanzien krijgen.
De realiteit is anders
Tot zover de theorie en de grootse vergezichten. De keiharde realiteit van vandaag laat een heel ander beeld zien. Autoproducenten stellen plannen om elektrische modellen op de markt te brengen uit. De CEO van Tesla (NASDAQ:TSLA) noemde de huidige marktomgeving de moeilijkste in jaren. Zijn bedrijf moet met prijzen stunten om de volume-doelstellingen te kunnen halen. De operationele marges zijn inmiddels gehalveerd. De lagere prijzen maken andere merken weer relatief een stuk duurder. Dealers zitten met hoge voorraden aan elektrische auto’s. Een producent die stug auto’s met een verbrandingsmotor is blijven produceren – Toyota (NYSE:TM) – rapporteerde daarentegen recent een winsttoename van 100 procent.
Zonnepanelen
Producenten van zonnepanelen ondergaan een soortgelijk lot. Huiseigenaren in Californië – de meest klimaatbewuste staat van de VS – plaatsen steeds minder panelen op hun dak. Elektriciteitsbedrijven vergoeden minder voor de terug geleverde energie. Komt het u bekend voor? Producenten als Sunrun (NASDAQ:RUN), Sunnova Energy (NYSE:NOVA) en SunPower (NASDAQ:SPWR) zijn hier hard door geraakt. De outlook werd fors naar beneden bijgesteld vanwege de moeilijke condities in de sector. In Europa is de situatie niet veel anders. De vraag neemt sterk af, terwijl de markt gedestabiliseerd raakt door de overvloed aan goedkope panelen uit China.
Windmolenparken
Ook windmolenparken blijken minder rendabel dan eerder gedacht. Geplande windmolenprojecten worden uitgesteld of zelfs gecanceld. Bedrijven als Oersted (CSE:ORSTED) en Siemens (ETR:SIEGn) Energy proberen onder bestaande contracten uit te komen. Waarom? Ze zijn verre van lucratief. Zo moest Oersted recent 4 miljard euro afboeken op zijn Amerikaanse windenergie projecten. De gestegen kosten en de hogere rente gelden als voornaamste reden. Het aandeel van Oersted verloor in bijna drie jaar 80 procent van zijn waarde, Siemens Energy 70 procent.
Droom verzandt in illusie
De droom van een transitie naar schone energie kan zo eindigen in een illusie. De voornaamste reden is de fors opgelopen rente. Nieuwe projecten van wind- en zonne-energie vergen hoge investeringen. Net als de bouw van nieuwe autofabrieken. De rentekosten zijn echter fors opgelopen. Het idee van een schone industrie was feitelijk gebaseerd op een historisch lage rente. Het verdienvermogen van bedrijven staat nu echter onder druk. De gestegen rente maakt het ook voor particuliere huiseigenaren minder interessant investeringen in zonnepanelen te doen. Zelfs een belastingkorting van 30 procent als gevolg van de Inflation Reduction Act maakt het voor Amerikanen niet opeens interessant zonnepanelen op hun dak te plaatsten.
Grondstoffen ook duurder
Naast hogere personeelskosten zijn noodzakelijke grondstoffen voor auto’s, zonnepanelen en windmolens ten opzichte van een jaar of tien geleden een stuk duurder geworden. De benodigde grondstoffen – lithium, kobalt, koper – zijn bovendien afkomstig zijn uit landen (bijvoorbeeld China) waar wij in het westen nu net een minder goede relatie mee hebben. Ook de infrastructuur schiet schromelijk tekort. Zo hebben bedrijven in Nederland nu al grote moeite een aansluiting op het elektriciteitsnetwerk te krijgen. Laat staan als iedere Nederlander een laadpaal voor zijn deur heeft staan.
Omschakeling kost tijd
Dit is zeker geen pleidooi om maar te stoppen met de ingezette transitie naar een schonere wereld. Wat echter even over het hoofd lijkt te zijn gezien is het feit dat we leven in een wereld die volledig draait op fossiele brandstoffen. Alles wat we in het dagelijks leven nodig hebben of om ons heen zien is direct of indirect het resultaat van het gebruik van fossiele brandstoffen. Grote energieconcerns als Shell (AS:SHEL) en BP (LON:BP) hebben ons er jaren geleden al voor gewaarschuwd. De omschakeling naar een minder fossiele wereld vergt tijd. Meer dan we dachten.
De markt denkt er het zijne van
“Groene” aandelen bleken dit jaar slechte beleggingen. De Invesco Winderhill Clean Energy ETF staat dit jaar reeds 36 procent lager. Een oude “fossiel” als Shell staat daarentegen doodleuk 19 procent hoger. Nog opvallender is de enorme koerswinst van 92 procent van ’s werelds grootste producent van uranium, het Canadese Cameco. Uranium is de grondstof voor kernenergie. De markt lijkt zo zijn eigen idee te hebben over de energietransitie.