New Yorkse vastgoedtycoon
In 1987 kocht de toenmalige New Yorkse vastgoedtycoon Donald Trump een hele krantenpagina om een open brief aan het Amerikaanse volk te publiceren. Daarin stelde hij dat het hoog tijd werd dat de Verenigde Staten een einde maakten aan hun handelstekort. Het betrof destijds een tekort met de opkomende economische macht Japan. Het werd volgens hem hoog tijd dat Japan hiervoor de rekening gepresenteerd kreeg. “Want als Japan niet aan ons land kan verkopen, gaan ze failliet, oké?” Klinkt het u bekend in de oren? We zijn inmiddels 32 jaar verder en veel is er niet veranderd. De bedreiging voor de Amerikaanse dominantie heet tegenwoordig China en verder rien n’a changé.
De agenda van Trump
Al tijdens zijn verkiezingscampagne dreigde Trump herhaaldelijk met een heffing van 45 procent op alle Chinese import. Hij werd destijds echter nog niet serieus genomen. Vrijwel niemand hield er rekening mee dat hij überhaupt president zou worden. Vorig jaar begon hij daadwerkelijk een hele reeks importheffingen aan China op te leggen. Hij verklaarde dat deze heffingen de Verenigde Staten veel meer welvaart opleverden dan welke “fenomenale traditionele deal” ook. Trump’s handelsoorlog is politiek. Het is bedoeld om de opkomst van China in te tomen. Hij doet China meer pijn dan de Verenigde Staten zelf. Het moge duidelijk zijn, de Amerikaanse president is gewoon bezig zijn agenda stap voor stap uit te voeren.
Verliezen op de beurs
Weliswaar zal de terugkeer naar het protectionisme veel aandeelhouders een deel van hun vermogen gaan kosten, de beurzen reageren immers steevast met een daling op iedere nieuwe handelsmaatregel. Veel multinationals zullen hun mondiale toeleveringsketens immers moeten aanpassen. Daar gaat veel waarde bij verloren. Hoewel de Amerikaanse president zijn lot lijkt te hebben verbonden aan de aandelenmarkt neemt hij koersverliezen op de beurs blijkbaar op de koop toe. Met een – bewuste – economische groeivertraging als gevolg van deze handelsoorlog en koersverliezen op de beurs lijkt hij een mogelijke herverkiezing op het spel te zetten.
Niet zo roekeloos
Toch is de Amerikaanse president minder roekeloos dan hij lijkt. Zo stelt hij de ban op Huawei bij nader inzien toch nog even met 90 dagen uit om Amerikaanse bedrijven – voornamelijk chipproducenten – de tijd te geven zich aan de nieuwe situatie aan te passen. Ook importheffingen op Europese auto’s – een maatregel die te verwachten valt zodra Trump klaar is met China – werd met zes maanden uitgesteld. Beide maatregelen werden met koersstijgingen op de beurs beantwoord. Toch blijft het opmerkelijk hoe beperkt de reactie op de beurs tot nog toe is gezien de toch niet geringe impact van deze handelsoorlog op de wereldeconomie.
Monetaire back-up
Waarom zijn de reacties van beleggers tot op heden zo gematigd? Welnu, dat heeft te maken met het zeer ruime monetaire beleid dat de centrale banken van de beide strijdende partijen momenteel voeren. Waar de Chinese centrale bank eind vorig jaar de teugels al flink liet vieren heeft ook zijn Amerikaanse tegenhanger zijn monetaire beleid omgegooid. Daarmee ogenschijnlijk tegemoetkomend aan de wensen van Trump. De Amerikaanse president kan het zich immers niet veroorloven een harde handelsstrijd met China te voeren als zijn tegenstander wel de steun van zijn centrale bank heeft en hij niet. Zo riep Trump meer dan eens de Federal Reserve op de rente te verlagen. De Fed gaf tot op heden geen krimp, maar de markt prijst momenteel al wel twee verlagingen van een kwart procent in.
Beleggers vinden het allemaal prima
Het is niet toevallig dat vooraanstaande Fed-leden zich opeens laten ontvallen dat ook Yield Curve Control (YCC) en Negative Interest Rate Policy (NIRP) serieus overwogen worden binnen de centrale Bank. YCC betekent niets meer en niets minder dan het instellen van een plafond voor de rente. In feite het einde van onze vrije markt economie. De westerse rentemarkten zijn goed op weg net zo vrij te zijn als die in de Sovjet-Unie destijds. Een dergelijk beleid stelt Trump echter wel in staat zijn “oorlog” met China voort te zetten. Beleggers lijken het allemaal prima te vinden. Zolang de koersen maar blijven stijgen. In feite hebben beleggers hun geloof in vrije markten al lang laten varen. Op de korte termijn blijven de champagnekurken knallen. Er dient echter niet vergeten te worden dat onze welvaart voor een groot deel gebaseerd is op diezelfde vrije markten en een onafhankelijke centrale bank. Keep your fingers crossed.