De Amerikaanse dollar maakte woensdag een flinke sprong nadat uit consumentenprijsgegevens bleek dat de inflatie in januari sterker steeg dan verwacht.
Deze ontwikkeling heeft geleid tot verwachtingen dat de Federal Reserve de rentes mogelijk langere tijd hoog zal houden om de aanhoudende inflatiedruk aan te pakken.
De algemene consumentenprijsindex (CPI) steeg in januari met 0,5%, wat hoger was dan de door economen voorspelde stijging van 0,3%. Ook de kerninflatie, exclusief de volatiele voedsel- en energieprijzen, steeg met 0,4% en overtrof daarmee de verwachte toename van 0,3%. Deze cijfers dragen bij aan een jaar-op-jaar CPI-stijging van 3,0%, wat hoger is dan de verwachte 2,9%, terwijl de kernprijzen op jaarbasis met 3,3% zijn gestegen, eveneens boven de voorspelde stijging van 3,1%.
In reactie op het inflatierapport steeg de dollarindex, die de greenback meet tegen een mandje van zes belangrijke valuta's, met 0,52% naar 108,49. Tegelijkertijd daalde de euro met 0,42% ten opzichte van de dollar naar $1,0317. De kracht van de dollar was ook zichtbaar in de prestaties tegen de Japanse yen, met een stijging van 1,19% naar 154,3 yen.
De gevolgen van de inflatiegegevens zijn ook merkbaar op de rentefutures markt, waar handelaren hun verwachtingen hebben bijgesteld. Ze prijzen nu nog maar 26 basispunten aan renteverlagingen in tot december, een daling ten opzichte van de ongeveer 37 basispunten die vóór de publicatie van de gegevens werden verwacht. Dit suggereert dat handelaren nu nog maar één renteverlaging van 25 basispunten verwachten voor de rest van het jaar.
Dit artikel is vertaald met behulp van kunstmatige intelligentie. Raadpleeg voor meer informatie onze gebruiksvoorwaarden.