De Bank of Israel is van plan om haar huidige kortetermijnrente tot eind 2024 te handhaven, waarmee ze aangeeft af te zien van verdere verlagingen vanwege de verhoogde prijsdruk en de aanhoudende geopolitieke spanningen, zoals vicegouverneur Andrew Abir woensdag verklaarde.
Het besluit van de centrale bank om de rente voor de vijfde achtereenvolgende keer op 4,5% te houden, komt tegen de achtergrond van zorgen over de inflatie, waarbij de rente tot 3,2% is gestegen en het conflict in Gaza escaleert, wat de vrees voor bredere regionale onrust doet toenemen.
Abir gaf aan dat renteverlagingen onwaarschijnlijk zijn tot mogelijk ver in 2025 en benadrukte dat eventuele wijzigingen afhankelijk zouden zijn van binnenkomende gegevens. Het standpunt van de bank wordt beïnvloed door de langdurige oorlog in Gaza, die belangrijke industrieën heeft ontwricht en economische schokken heeft veroorzaakt, met name in de investerings- en bouwsector, die een duidelijke daling hebben laten zien.
De vicegouverneur legde uit dat een renteverlaging op dit moment het gebrek aan evenwicht tussen vraag en aanbod zou kunnen verergeren, wat mogelijk zou kunnen leiden tot verdere prijsstijgingen, vooral in de woningbouw. Dit is een kritieke overweging, aangezien de Israëlische economie in het tweede kwartaal op jaarbasis met een bescheiden 1,2% is gegroeid.
Volgens de planning zullen de beleidsmakers van de bank op 9 oktober opnieuw over de rentetarieven beraadslagen, gevolgd door 25 november en vervolgens op 6 januari 2025. De inflatie in Israël zal de komende maanden naar verwachting de 3,5% overschrijden, deels door een verwachte verhoging van de btw begin 2025. Er wordt echter verwacht dat de inflatie zich in de tweede helft van het jaar zal terugtrekken naar het streefbereik van de centrale bank van 1%-3%.
Abir wees erop dat de inflatoire trend grotendeels wordt veroorzaakt door problemen aan de aanbodzijde, zoals tekorten aan arbeidskrachten als gevolg van verschillende factoren, waaronder het verbod voor Palestijnse werknemers om Israël binnen te komen, militaire dienstoproepen en de ontheemding van Israëli's in het noorden als gevolg van raketaanvallen door Hezbollah.
De shekel is onderhevig aan volatiliteit, maar is deze maand met 3% sterker geworden ten opzichte van de dollar, omdat de markt gelooft dat een grootschalig conflict met Hezbollah of Iran eraan zit te komen, en anticipeert op een mogelijke renteverlaging door de Amerikaanse Federal Reserve in september.
Daarnaast wordt het fiscale beleid onder de loep genomen, nu de oorlog het begrotingstekort verergert en de centrale bank haar frustratie uit over de vertraging van de regering bij het formuleren van een geloofwaardige staatsbegroting voor 2025. Zo'n begroting zou uitgavenreducties op niet-groeigebieden en belastingverhogingen vereisen. Abir onderstreepte de noodzaak van een voorzichtiger en conservatiever monetair beleid in het licht van de begrotingssituatie en suggereerde dat een hoger renteniveau noodzakelijk is om de economische en marktstabiliteit te handhaven.
Reuters heeft bijgedragen aan dit artikel.Dit artikel is vertaald met behulp van kunstmatige intelligentie. Raadpleeg voor meer informatie onze gebruiksvoorwaarden.