Met een nagenoeg lege bedrijfsagenda blijven de beurzen vandaag dicht bij huis. Dat is ook niet verwonderlijk als je bedenkt dat de beurzen sinds het dieptepunt in maart met meer dan 40 procent zijn gestegen en we binnenkort bedolven worden onder de tweede kwartaalcijfers. Maar liefst driekwart van alle Europese en Amerikaanse beursgenoteerde bedrijven zal de komende drie weken de boeken openen.
Normaliter zou je zeggen dat, omdat zo weinig winstwaarschuwingen het nieuws hebben gehaald de afgelopen weken, die cijfers wel goed zullen zijn. Maar doordat de verspreiding van het coronavirus en de impact van allerlei lockdown maatregelen zo lastig in te schatten is, hebben veel bedrijven bij de presentatie van de eerste kwartaalcijfers al hun vooruitzichten voor het gehele jaar ingetrokken. En als je je omzet- en winstontwikkeling niet aan iets hoeft te spiegelen, dan valt er ook weinig te waarschuwen. Wat dat betreft hebben beleggers niet veel houvast en varen we dit cijferseizoen even blind.
Maar gelukkig hebben we nog wel het analistengilde met de voorspellingen voor de individuele aandelen. Veel zal dan ook afhangen of de bedrijven daaraan kunnen voldoen en of dat ze over die lat weten te springen. Gelukkig ligt die lat laag, wat de kans op meevallers vergroot. Voor de Europese bedrijven rekent men ruwweg op een gemiddelde omzet- en winstdaling van respectievelijk 21 en 58 procent. Voor de Amerikaanse bedrijven liggen die percentages op 11 en 42 procent. Het vormt heerlijk voer voor de pers, want slecht nieuws verkoopt nu eenmaal beter dan goed nieuws.
We mogen dan ook veel negatieve en in chocoladeletters geschreven kopteksten tegemoet zien.
Als het goed is prikt een echte belegger er doorheen. Het draait om die lat van de analisten én nog meer om het verhaal bij de cijfers. Hoe ziet de topman bijvoorbeeld de toekomst? Je koopt een aandeel nu eenmaal niet voor de winsten die in het verleden behaald zijn. Nee, je schaft het aan omdat je een deel van de koek wilt die men in de toekomst denkt te verdienen. Dat het nu slecht gaat en dat het nog lang kan duren voordat de economie er weer bovenop is gekrabbeld, dat is wel bekend. Dat zit, als het goed is, al in de koersen verwerkt.
Hopelijk beseften en beseffen vele beleggers dat er ook tal van bedrijven zijn die zich niets van deze crisis hebben aangetrokken, of er zelfs volop van hebben geprofiteerd. Denk bijvoorbeeld aan de technologiebedrijven die de vraag naar hun producten en diensten zagen exploderen. Het gaat daarbij om toonaangevende bedrijven die de drijvende kracht achter de hedendaagse beurzen zijn.
Voor de richting van de beursindices is dan ook niet meer alleen het algemene plaatje van belang. Belangrijker is het dat deze toonaangevende bedrijven het goed doen. Sommige aandelen leggen nu eenmaal wat meer gewicht in de schaal dan andere. Als we bijvoorbeeld kijken naar ‘onze’ AEX-index dan zien we enorme verschillen. Zo zal een koersstijging van 5 procent in ASML (AS:ASML), dat komende woensdag zijn cijfers publiceert, zwaarder wegen dan een verdubbeling van de koers van ABN AMRO (AS:ABNd). De eerste heeft een weging van ongeveer 16 procent in de AEX, de tweede rest nog slechts een weging van 0,52 procent.
Het is gelijk weer een bevestiging is van hoe zinloos en onverantwoord het is om je als Nederlandse belegger te beperken tot het kopiëren van de AEX-index. Een goed huisvader kijkt niet alleen tijdens zijn vakantie over de grens.